Forse stijging persvrijheid Suriname geen verdienste van de politiek

Het is gerechtvaardigd om te benadrukken dat de forse stappen vooruit die Suriname heeft gemaakt op de internationale index voor persvrijheid, absoluut geen verdienste is van de politiek maar van de samenleving in haar totaliteit. De politiek heeft het minst eraan bijgedragen. “De persvrijheid wordt bedreigd door juist de mensen die er borg voor zouden moeten staan.”
Tekst Wilfred Leeuwin

Beeld dWT Archief
Suriname is met twintig plekken vooruit gegaan op de internationale persvrijheid index: van positie 48 naar 28. Bij de berichtgeving hierover door de media wordt in één adem vermeld dat dit wordt overschaduwd door nog altijd geldende muilkorfwetten, waarmee burgers en journalisten zelfs tot zeven jaar gevangenisstraf riskeren wanneer zij autoriteiten, met name politici, bekritiseren. Deze vermelding wordt door sommige politici en politieke loyalisten gezien als onnodige negatieve vermelding die weer eens bedoeld zou zijn de regering in een slecht daglicht te stellen.

“Dat Reporters Without Borders in de Surinaamse analyse nadrukkelijk praat over de extreme muilkorfwetten is ook niet vreemd”

Dat Reporters Without Borders in de Surinaamse analyse nadrukkelijk praat over de extreme muilkorfwetten is ook niet vreemd. Het is op de eerste plaatst de politieke overheid die ervoor moet zorgen dat deze muilkorfwetten verdwijnen uit onze wetgeving en met name het strafrecht. Het is nog minder vreemd omdat van de vijf meetindicatoren Suriname bij de politieke context ( zie illustratie) het laagst scoorde 66.67 punten.
Op zich een ondoordachte, kleinzielige en politiek geëmotioneerde opmerking waaraan voorbij zou kunnen worden gegaan, ware het niet dat de groei van Suriname op de index wordt geclaimd als een verdienste van de politiek. Het is goed enig inzicht te verschaffen over wat de index is, en hoe die wordt samengesteld. De persvrijheid index gaat vooral over hoe de samenleving beantwoordt aan het doel van persvrijheid.
Het verwijt is dat wijzen op de muilkorfwetten, die het positief nieuws over de twintig stappen vooruit op de index overschaduwen, een negatieve bejegening is naar de regering. Dit toont weer eens aan dat politici en politieke loyalisten niet in staat zijn verder te denken dan de kleur van hun partij. Het toont ook aan dat politieke loyaliteit niet gebaseerd is op fundamentele ideologische overwegingen, maar op patronage en een sterke afhankelijkheid van partijpolitieke machthebbers.
Het doel van de World Press Freedom Index is vergelijken van de niveaus van vrijheid die journalisten en media in honderdtachtig landen en gebieden genieten. De definitie van persvrijheid die door Reporters Without Borders en haar experts wordt gebruikt om de Index samen te stellen, luidt als volgt: “Persvrijheid wordt gedefinieerd als het vermogen van journalisten als individuen en collectieven om nieuws in het publieke belang te selecteren, produceren en verspreiden, onafhankelijk van politieke, economische, juridische en sociale inmenging en in afwezigheid van bedreigingen voor hun fysieke en mentale veiligheid.”
Meting
De internationale waakhond voor persvrijheid publiceert rond de Internationale Dag van de Persvrijheid (3 mei) haar index met daarin de jaarlijkse ranking. Zij maakt op basis van het gedefinieerde doel vragenlijsten over persvrijheid in vijf categorieën of meetindicatoren. Het gaat om politieke, juridische economische en sociaal-culturele context en veiligheid. De index is een momentopname van de situatie gedurende het kalenderjaar voorafgaand aan de publicatie ervan.
Niettemin is het de bedoeling dat ze wordt gezien als een nauwkeurige weergave van de situatie op het moment van publicatie. Het kan dat de situatie op het gebied van de persvrijheid dramatisch verandert in een land tussen het eind van het beoordeelde jaar en de publicatie. Dan worden de gegevens bijgewerkt om rekening te houden met de meest recente mogelijke gebeurtenissen. Bijvoorbeeld een nieuwe oorlog, staatsgreep, grote aanval op journalisten of plotselinge introductie van een extreem repressief beleid.
De Index is gebaseerd op een score variërend van 0 (het laagste) tot 100 (het hoogste), voor elke meetindicator die aan elk land of gebied wordt toegekend. Deze score wordt berekend op basis van twee componenten: een kwantitatief overzicht van de misstanden tegen media en journalisten in verband met hun werk en een kwalitatieve analyse van de situatie in elk land of gebied, gebaseerd op de antwoorden van persvrijheidsspecialisten, waaronder journalisten, onderzoekers, academici en voorvechters van mensenrechten.
Voordat de positie van een land op de index wordt bepaald wordt uit de resultaten van de vijf meetindicatoren een kleurenkaart gemaakt die de mate van persvrijheid in dat land evalueert. Deze persvrijheidskaart biedt een visueel overzicht van de scores van alle landen op de index. De kleuren en classificaties zijn ‘goed’ (groen: 85-100 punten), ‘bevredigend’ (geel: 70 -85), ‘problematisch’ (licht oranje: 55-70), ‘moeilijk’ (donkeroranje: 40-55) en ‘zeer ernstig’ (donker rood: 0-40).
De score van elk land of gebied wordt geëvalueerd aan de hand van de vijf contextuele indicatoren die de persvrijheid in al haar complexiteit weerspiegelen. Voor …