Het springt in het oog dat de minister van Financiën en de directeur der Belastingen, twee zusters en dus bloedverwanten zijn. De (waarnemend) directeur der Belastingen, de nominale ondergeschikte in de relatie, is actief in die functie of vergelijkbare functies met hetzelfde onderwerp, lang voor de benoeming van de minister. Geen van hen heeft actief politiek bedreven, besluiten genomen of lobbywerk verricht om deze situatie in de hand te werken. Voor minstens het afgelopen decennium hebben zij separaat aan de top van hun branche, leidinggevende posities bekleed zonder elkaar of de politiek daarbij nodig te hebben.
Desondanks doet zich een situatie voor waarbij de onafhankelijkheid, de gepaste afstand in de hiërarchie en de systematische veiligheidskleppen in het gedrang kunnen komen. De objectiviteit, een garantie voor gelijke behandeling van andere betrokkenen, evenals geheimhouding waar nodig en het onbelemmerd kunnen overwegen van straffen, beloningen en de daaraan ten grondslag liggende beoordelingen, worden in de ontstane situatie moeilijk gegarandeerd.
Concentratie van invloed wordt een reëel risico. Het gaat niet om dit enkele geval, maar ook om de precedentwerking en de toekomst.
Geruime tijd is er al sprake van hervorming door middel van een meer onafhankelijke belastingautoriteit. De stappen daartoe, onder de vorige regering, waren zowel gebrekkig voorbereid als ongelukkig gecommuniceerd. Waar die regering wel in slaagde, was het invoeren en daarna corrigeren van de belasting over de toegevoegde waarde, die door het Internationaal Monetair Fonds keer op keer aangemerkt werd als een belangrijke schakel in het nationaal inkomen. De bijdrage van de huidige waarnemend directeur der Belastingen daarin, was aanzienlijk. Aan de andere kant heeft de laatste NDP-regering veel tegenwind ervaren met de Wet Rij- en Voertuigenbelasting van 2018, die uiteindelijk aan burgerlijke ongehoorzaamheid ten onder ging.
Aan de regering de taak om spoedig structuur aan te brengen in deze situatie. De behoefte aan duidelijke waarborgen bestaat, in het bijzonder aan het verschonen van de minister bij besluitvorming die de directeur betreft. Op korte termijn zouden de Raad van Ministers of de vicepresident hiermee belast kunnen worden. Op de middellange termijn moet het beleid in zulke gevallen in heldere regels vervat worden.
The post WIJNERMAN(NEN) ..
- Begroting 2025 met algemene 41 stemmen aangenomen..
- ‘Economische Zaken vervult een ondersteunende en faciliëren…..
- Digitalisering en preventie centraal in nieuwe gezondheidsa…..
- Currie: ‘Oplossing lerarentekort middelbaar onderwijs vergt…..
- Vijftienjarige leerling Mulo Hockeystraat stapt uit het lev…..
- Minister Bouva roept op: ‘gebruik de juiste landkaart van S…..
- Bewoners Wanica in verzet tegen vestiging Gold Grams..
- SBF-dialoog hervorming pensioenstelsel: ‘Van vallen naar op…..
- Noersalim zal misstanden op LVV streng aanpakken..
- Update: Tiener springt van brug.
- Veehoudersbond wenst snelle import melkkoeien uit Brazilië..
- Financiële tekorten bedreigen continuïteit vuilophaal..
- TCT en IDB bespreken stappen om luchtvaartpositie te herste…..
- Art gallery Wi Eygi Du betreurt heengaan George Ramjiawansi…..
- SRS 60 jaar: ‘Bij ons hebben Surinaamse muzikanten een uitl…..
- Jeugdraad en DNA-voorzitter Adhin werken aan toekomstige je…..
- Scholen in binnenland krijgen Smart-tv voor afstandsonderwi…..
- Regering verwijt oppositie tegenwerking bij behandeling beg…..
- Baasaron: ‘Trieste situatie op ministerie’..
- Juspol kreunt onder SRD 312 miljoen aan onbetaalde rekening…..
- Amzad Abdoel nieuwe vicevoorzitter Staatsraad..