Het springt in het oog dat de minister van Financiën en de directeur der Belastingen, twee zusters en dus bloedverwanten zijn. De (waarnemend) directeur der Belastingen, de nominale ondergeschikte in de relatie, is actief in die functie of vergelijkbare functies met hetzelfde onderwerp, lang voor de benoeming van de minister. Geen van hen heeft actief politiek bedreven, besluiten genomen of lobbywerk verricht om deze situatie in de hand te werken. Voor minstens het afgelopen decennium hebben zij separaat aan de top van hun branche, leidinggevende posities bekleed zonder elkaar of de politiek daarbij nodig te hebben.
Desondanks doet zich een situatie voor waarbij de onafhankelijkheid, de gepaste afstand in de hiërarchie en de systematische veiligheidskleppen in het gedrang kunnen komen. De objectiviteit, een garantie voor gelijke behandeling van andere betrokkenen, evenals geheimhouding waar nodig en het onbelemmerd kunnen overwegen van straffen, beloningen en de daaraan ten grondslag liggende beoordelingen, worden in de ontstane situatie moeilijk gegarandeerd.
Concentratie van invloed wordt een reëel risico. Het gaat niet om dit enkele geval, maar ook om de precedentwerking en de toekomst.
Geruime tijd is er al sprake van hervorming door middel van een meer onafhankelijke belastingautoriteit. De stappen daartoe, onder de vorige regering, waren zowel gebrekkig voorbereid als ongelukkig gecommuniceerd. Waar die regering wel in slaagde, was het invoeren en daarna corrigeren van de belasting over de toegevoegde waarde, die door het Internationaal Monetair Fonds keer op keer aangemerkt werd als een belangrijke schakel in het nationaal inkomen. De bijdrage van de huidige waarnemend directeur der Belastingen daarin, was aanzienlijk. Aan de andere kant heeft de laatste NDP-regering veel tegenwind ervaren met de Wet Rij- en Voertuigenbelasting van 2018, die uiteindelijk aan burgerlijke ongehoorzaamheid ten onder ging.
Aan de regering de taak om spoedig structuur aan te brengen in deze situatie. De behoefte aan duidelijke waarborgen bestaat, in het bijzonder aan het verschonen van de minister bij besluitvorming die de directeur betreft. Op korte termijn zouden de Raad van Ministers of de vicepresident hiermee belast kunnen worden. Op de middellange termijn moet het beleid in zulke gevallen in heldere regels vervat worden.
The post WIJNERMAN(NEN) ..
- Selectie nieuwe korpschef: competenties zullen gelden..
- OAS weerspreekt aantijgingen, Ramdin verdedigt beleid en pe…..
- Buitenposten Suriname na 1 november anders ingevuld..
- Eén dode bij uit de hand gelopen familieruzie..
- Man omgekomen na uit de hand gelopen familieruzie..
- Parmessar: ‘De regering zal in financieel zwaar weer rake…..
- Rabidin brengt lied uit in verband met 135 jaar Javaanse im…..
- Vicepresident Rusland: regering werkt niet mee aan wurgcont…..
- Man overleden na uit de hand gelopen familieruzie.
- Sollicitatieoproep CBvS – medewerker Bibliotheek..
- Suriname betuigt medeleven na dodelijk helikopterongeluk in…..
- Verkeersveiligheidsmaand van start: ‘Geen haast is een leve…..
- Misiekaba: ‘Overheid heeft een achterstandsbetaling van SRD…..
- Bryan Isaacs voorlopig ter beschikking van JusPol-minister..
- Eerste lichting gecertificeerde mediators klaar voor inzet …..
- ICS/IMS-training afgerond: meer dan 80 professionals gecert…..
- Frisse wind of dekmantel?..
- Politieschandalen versnelden vertrek korpschef Isaacs..
- Opleiding exercitie-instructeurs hervat na zestien jaar..
- Schooldirecteuren moeten nieuwe slagingsnormen hanteren voo…..
- Voorbereidingen begrotingen 2025 en 2026 in gang..