Wang: aanpak sluiting supermarkten door kassasysteem oneerlijk

door

VHP-assembleelid Chuanrui Wang vindt de sluiting van supermarkten wegens het ontbreken van een kassasysteem of een niet-functionerend kassasysteem onrechtvaardig. In gesprek met Suriname suriname noemt hij het zelfs oneerlijk, omdat de wettelijke eisen voor kassasystemen niet duidelijk zijn gecommuniceerd met de winkeliers.
De Economische Controle Dienst (ECD) van het ministerie van Economische Zaken, Ondernemerschap en Technologische Innovatie (EZ) sloot dinsdag enkele supermarkten tijdelijk na controles die aantoonden dat hun kassasystemen niet aan de wettelijke eisen voldeden.
Ondernemers krijgen te weinig tijd en ondersteuningOndernemers slechts twee maanden geven om een kassasysteem te installeren—en dat in de drukste maanden van het jaar, november en december—is volgens Wang onrealistisch. Hoewel hij niet tegen controles is, bekritiseert hij de manier waarop maatregelen worden doorgedrukt zonder voldoende communicatie en begeleiding naar de ondernemers.
“Je kunt geen politie spelen voor de vrije markt, de wisselkoers, de winkelprijzen of kassasystemen,” stelt Wang. Hij benadrukt dat hij de begeleidende rol van het ministerie mist. Daarbij wijst hij op de realiteit dat 90 procent van de ondernemers van Chinese afkomst is en velen slecht Nederlands spreken of schrijven. Zij communiceren vooral in het Sranan Tongo. Volgens Wang is dit geen nieuw gegeven en moet het ministerie hier rekening mee houden. “Je kunt geen maatregelen opleggen zonder de mensen goed en begrijpelijk voor te lichten.”
Gebrek aan begeleiding en dubbele standaardenWang merkt op dat er nauwelijks pogingen zijn gedaan om de winkeliers te informeren over wat er van hen wordt verwacht met betrekking tot een kassasysteem. “Hoe communiceert het ministerie met de winkeliers? En hoe begeleidt men hen?” vraagt hij zich af. In plaats daarvan ziet hij dat ondernemers hardhandig worden aangepakt, alsof zij overtreders zijn, zonder enige ondersteuning vanuit het ministerie.
Wang merkt op dat deze aanpak niet bevorderlijk is voor een gezond ondernemersklimaat. Het kan er zelfs toe leiden dat winkeliers hun activiteiten stopzetten of zich terugtrekken, simpelweg omdat zij niet over de nodige middelen en kennis beschikken om aan de gestelde eisen te voldoen. Volgens Wang zou het zeer betreurenswaardig zijn als dit gebeurt, omdat het gaat om ondernemers die jarenlang hebben bijgedragen aan de economie van Suriname en hun krachten hebben ingezet voor het land.
Volgens de parlementariër wordt er met twee maten gemeten. Hosselaars—ondernemers die niet zijn ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en Fabrieken (KKF) en geen belasting betalen—worden ongemoeid gelaten, terwijl geregistreerde winkeliers die wel belasting betalen juist hardhandig worden aangepakt. Wang benadrukt dat hij niets tegen hosselaars heeft, omdat hij in het verleden zelf zijn brood heeft verdiend met hosselen. Het gaat volgens hem echter om eerlijkheid en het belang dat maatregelen op een juiste en rechtvaardige manier worden doorgevoerd.
Roep om realistisch beleidWang benadrukt dat hij niet tegen ordening en regelgeving is, maar dat het proces op een correcte manier moet plaatsvinden. “Ondernemers moeten worden betrokken bij beleid dat hen raakt.” Hij stelt voor dat EZ de ondernemers tot het midden van het jaar de tijd geeft om hun kassasystemen in orde te maken, met actieve begeleiding van het ministerie. Volgens hem is dat een oplossing waar iedereen baat bij heeft.
Strengere eisen aan bonnen en kassasystemenDe ECD heeft controles uitgevoerd bij supermarkten in Paramaribo. Hierbij werden locaties gecontroleerd aan onder andere de Gemenelandsweg, Prinsenstraat, Waaldijkstraat, Dr. Sophie Redmondstraat, Franchepanestraat, Johannes Mungrastraat en Kernkampweg.
Tijdens de controles bleek dat sommige supermarkten geen kassasysteem hadden, terwijl andere een niet-functionerend systeem gebruikten. In sommige gevallen werden bonnen verstrekt in een niet-verstaanbare taal, wat in strijd is met de wet.
Het ministerie van EZ kondigt strengere handhaving aan tegen ondernemers die zich niet houden aan het Prijsaanduidingsbesluit. In februari 2024 werd dit besluit aangepast (S.B. 2024 no. 20), waarbij nieuwe eisen zijn gesteld aan de bonnen die door klein- en groothandelaren én dienstverleners moeten worden verstrekt.