PARAMARIBO — “Het Energie Sectorplan (ESP) biedt een noodzakelijke technische basis, maar is onvoldoende als ‘fundament’ voor de duurzame ontwikkeling van Suriname. Het plan mist verankering in een nationale ontwikkelingsstrategie en benut onvoldoende de potentie van de duurzame ontwikkelingsdoelen (SDGs) als richtinggevend kader. Energie wordt nog te veel benaderd als einddoel in plaats van als middel tot brede maatschappelijke vooruitgang”, dat is de conclusie van de Vereniging Surinaams Bedrijfsleven (VSB) in een beschouwing over het ESP. Het werd op 15 mei gepresenteerd in aanwezigheid van overheidsfunctionarissen, vertegenwoordigers uit de energiesector, het bedrijfsleven en internationale partners zoals de Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank (IDB)..
Ze roept daarom op tot het opstellen van een breed gedragen nationaal lange termijn ontwikkelingsplan. Daarin moet het energiebeleid niet op zichzelf staan, maar integraal deel uitmaken van een coherente ontwikkelingsstrategie. “Dit plan moet in co-creatie met de samenleving tot stand komen en richting geven aan alle sectorale beleidsstukken, waaronder het ESP.” Want stelt de VSB “alleen op die manier kunnen we garanderen dat investeringen in energie niet alleen zorgen voor meer kilowattuur, maar ook voor meer kansen, meer banen, meer (schone) industrie, minder armoede en een duurzamer Suriname.”
“Energie moet worden benaderd als een strategische hefboom voor ontwikkeling, die het vestigingsklimaat versterkt, ondernemerschap stimuleert en sociale vooruitgang mogelijk maakt”
Het ESP, opgesteld door de Energie Autoriteit Suriname, markeert volgens de VSB een belangrijke stap richting structurele planning van de elektriciteitsvoorziening. De bedrijfslevenorganisatie erkent de waarde van het sectorplan als beleidsinstrument voor het stroomlijnen van investeringen en regulering in de energiesector, maar volgens haar is het vooral geschreven vanuit een technisch-infrastructurele logica. “Wat ontbreekt, is een expliciete koppeling met een nationale lange termijn ontwikkelingsvisie waarin energie als katalysator wordt gezien voor sociaaleconomische groei en inclusieve ontwikkeling”, kritiseert de VSB.
Omdat sectoren als productie, landbouw, toerisme, onderwijs, gezondheidszorg en digitalisering allemaal afhankelijk zijn van een betrouwbare, betaalbare en duurzame energievoorziening, is een geïntegreerde visie waarin de energietransitie in dienst staat van nationale prioriteiten en maatschappelijke behoeften van essentieel belang wordt gesteld. Overigens, het ESP wordt beschreven als “technisch degelijk opgebouwd” met onder meer een analyse van toekomstige vraag en aanbod, investeringsbehoeften in infrastructuur en aandacht voor hernieuwbare energie.
SDGs
De VSB geeft aan dat het ESP verwijzingen naar duurzaamheid bevat, wat in lijn is met SDG 7 (betaalbare en duurzame energie) en in mindere mate met SDG 13 (klimaatactie). “De doelstellingen om meer gebruik te maken van hernieuwbare bronnen zijn relevant, maar de mate van integratie van de SDGs laat te wensen over”, vindt de bedrijfslevenorganisatie.
Specifieke doelstellingen van SDG 7 – universele toegang tot energie, verhoogde energie-efficiëntie en internationale samenwerking op het gebied van schone energie – zijn namelijk niet expliciet vertaald naar beleidsmaatregelen met meetbare doelen en tijdspaden. Evenmin is er een duidelijke CO₂-reductie strategie opgenomen die aansluit bij Surinames klimaatverplichtingen onder het Parijs Akkoord. “Hierdoor mist het ESP de kracht van de SDG-agenda als sturingsmechanisme voor beleidscoherentie en impact.”
De VSB benadrukt dat energiebeleid niet louter een kwestie is van productiecapaciteit en netbeheer. “Energie moet worden benaderd als een strategische hefboom voor ontwikkeling, die het vestigingsklimaat versterkt, ondernemerschap stimuleert en sociale vooruitgang mogelijk maakt.”
De VSB is daarom voorstander van “een fundamentele heroriëntatie” van het ESP, waarbij beleidsvorming zich niet beperkt tot technische scenario’s, maar ook sociale, economische en ecologische overwegingen integreert. Dat zal, aldus het bedrijfsleven, nauwe samenwerking tussen overheden, bedrijven, kennisinstellingen en het maatschappelijke middenveld vereisen.
- Chris Polanen presenteert zijn derde roman: De Handlezer..
- Korpsleiding condoleert Commissaris E. Hunte met het heenga…..
- Verdachte aangehouden na brandstichting te Pikin Saron..
- Boeroe-erfenis binnen hart van Saramacca..
- Vier finalisten sluiten eerste Small Business Academy van F…..
- De kwetsbaarheid van deze coalitievorming..
- Dronkaard sticht brand te Pikin Saron..
- SOCIAAL BELEID ZONDER VERDIENMODEL IS EEN VALKUIL..
- GEWELD KOMT STEEDS DICHTERBIJ..
- Belastingdienst Suriname: ‘Efficiënte dienstverlening en ge…..
- Meer aandacht en samenwerking nodig voor entertainmentsecto…..
- Latijns-Caribische ontwikkelingsbank verdubbelt financierin…..
- Amoksi brengt jaardag door met pupillen Opa Doeli..
- Raymond Landveld wordt nieuwe TCT-minister..
- BEP wil fonds voor hosselende jongeren in urgentieplan nieu…..
- ABOP PARADOX..
- SLM-vlucht naar Georgetown en Miami vertrekt vandaag om 13.…..
- Gedeeltelijke blokkade Afobakaweg door omgevallen bomen..
- Een natte zondag in juni..
- Colombiaanse presidentskandidaat twee keer in hoofd geraakt…..
- Rotary Quota organiseerde voor de derde keer Poku Prisiri p…..