Volks- en woningtelling begint op 14 oktober

Evaluatie en modernisering telling op maatschappelijke vraagstukken dringend vereist
De algemene volks- en woningtelling, met als thema ‘Teri Sranan, sabi Sranan’, begint op 14 oktober. Het wordt de negende census. De telling vindt twee jaar later dan voorgeschreven plaats.

Tekst Wilfred Leeuwin
Beeld dWT archief
Zoals bij elke telling het geval is, zijn in De Nationale Assemblee de discussies begonnen om die wettelijk vast te leggen. Bij de debatten donderdag is gebleken dat de methodologie en ook hoe wordt omgegaan met de resultaten, niet voldoende zijn om in te spelen op dringende maatschappelijke en moderne ontwikkelingen en dus nationaal beleid. Onderwijs, met daarbij een zeer stiefmoederlijke benadering voor het binnenland, de impact van de telresultaten op het bepalen van het landelijke inflatiecijfer, economische aspecten, etnische samenstelling tot zelf de positie van de LGBTQI-plus gemeenschap.
Menig parlementariër vond dat een volkstelling goed inzichtelijk moet maken hoe de Surinaamse samenleving er precies uitziet en dat niet slechts het aantal Surinamers in het land de boventoon moet voeren. Trends en verwachtingen moeten goed worden geanalyseerd en zouden moeten dienen tot het maken van duidelijk en gericht politiek beleid voor lange termijn.
Groepen uitgesloten
BEP-parlementariër Ronny Asabina wees erop dat het gaat om de informatie en hoeveelheid van menselijk kapitaal. Asabina beseft dat een census nodig is, maar wilde weten waarom hiermee haast wordt gemaakt, terwijl het Algemeen Bureau voor de Statistiek (ABS) al langer dan vijf jaar geen huishoud- en budgetonderzoek heeft verricht. De resultaten uit dat onderzoek worden gebruikt om te komen tot het inflatiecijfer.
Hij wees er ook op dat voor het verzamelen van data, die belangrijk zijn om beleid te maken, bepaalde gebieden, zoals het binnenland, worden uitgesloten. Zo worden Brokopondo, Marowijne en Sipaliwini als grootste district en delen van het district Para niet meegenomen bij het bepalen van het inflatiecijfer. In deze gebieden wonen voornamelijk marrons en inheemsen.
Het verkrijgen van data over hoe de gemeenschappen zich ontwikkelen zou vanuit de volkstelling moeten leiden tot een betere verdeling van het nationale budget. Bij de laatste telling is gebleken dat de marrons de op één na grootste etnische groep in Suriname zijn. Het uitsluiten van hun woon- en leefgebieden en hoe zij zich maatschappelijk gedragen geeft landelijk een verkeerd beeld  als het gaat om bijvoorbeeld de stand van het onderwijs, het berekenen van het inflatiecijfer, maar ook andere maatschappelijke aspecten.
Asabina stelde dat wanneer een persoon voor een enkele rit SRD 1.500 moet betalen voor transport naar Paramaribo, dat invloed zal hebben op het inflatiecijfer. “Wanneer we praten over woekerprijzen dan moet u naar het binnenland gaan.”
Moderniseren
Hij vond daarnaast dat in de census ook aandacht moet worden besteed aan de LBGTQI-plus gemeenschap als het gaat om hun grootte, hoe zij zichzelf zien, tot welke sekse zij zichzelf rekenen, hoeveel van hen samenwonen en een gezin hebben en andere sociale verhoudingen. Asabina, die brede ondersteuning kreeg voor zijn betoog, vond dat het tijd is dat de moederwet voor elke volkstelling wordt aangepast aan de hedendaagse realiteit.
Rabin Parmessar, fractievoorzitter van de NDP, meende dat Stichting Planbureau een belangrijke rol moet vervullen bij het verwerken van de censusresultaten. Hiervoor moet het bureau goed worden versterkt. Dit geldt ook voor het Centraal Bureau voor Burgerzaken (CBB).
Mahinder Jogi (VHP), voorzitter van de voorbereidende parlementaire commissie van deze wet, zei dat de afgelopen twaalf tot twintig jaar er zich belangrijke veranderingen hebben voorgedaan zonder censusresultaten om die veranderingen te meten. Vrijdag zal de regering in eerste ronde antwoorden op vragen die zijn gesteld door het parlement.
Eén daarvan is of het nodig is in de vragenlijst die ruim zestig vragen telt, naast de categorieën marron en creool, ook een categorie Afro-Surinamer op te nemen. Dit was een vraag en voorstel ingegeven door de maatschappelijke groep Fiti Makandra.

Een enquêteur loopt de vragenlijst af met een burger tijdens de census van september 2012.Financiering
Suriname houdt sinds 1921 volkstellingen en het is de bedoeling dat die om de tien jaar worden gehouden. Deze telling wordt nu twee jaar later gehouden. Reden hiervoor blijkt een financieel probleem te zijn. De Inter-Amerikaanse ontwikkelingsbank heeft uiteindelijk Suriname een lening verstrekt van twintig miljoen US dollar, waarvan bijna acht miljoen US dollar is bestemd voor de census. De rest van zal worden gebruikt voor het versterken van het statistiekwezen.
Hoewel het ABS haast heeft met het houden van de telling, zijn bij leden van het parlement vragen gerezen over hoe goed het instituut is voorbereid. Zorgpunten zijn training van de enquêteurs en de districtscommissarissen die naast de directeur van het ABS, mede leiding geven aan de census. De bedoeling is om hert veldwerk in december af te hebben. De eerste resultaten worden in …