Volgende maand uitspraak strafzaak mishandelde arrestanten cellenhuis Geyersvlijt

door

PARAMARIBO — Na twee jaar nadert de strafzaak tegen vijftien verdachten, onder wie manschappen van het Korps Politie Suriname, het Korps Penitentiaire Ambtenaren en de Beveiligings- en Bijstandsdienst Suriname, zijn einde. Ze worden ervan verdacht arrestanten, die waren ingesloten in het cellenhuis van politiebureau Geyersvlijt te hebben mishandeld. Op 13 augustus zal de rechter uitspraak doen. De zaak werd op 14 juni 2023 in behandeling genomen.

Op 9 juli stond de zaak voor het laatste woord van deze verdachten. Dertien van hen hebben zich volgens een bericht van de communicatie unit van het Hof van Justitie aangesloten bij hun raadslieden. Daarmee hebben ze aangegeven geen aanvullende verklaring te willen afleggen voor hun laatste woord, wordt uitgelegd. Robby Denz, Benito Pick, Murwin Dubois, Raoul Lobo, Derrick Veira, Chandra Algoe en R. Ghogli zijn de advocaten van de verdachten. De twee andere verdachten, die op 9 juli afwezig waren, krijgen op 13 augustus, indien zij verschijnen, alsnog de gelegenheid om hun laatste woord te voeren. Daarna zal de kantonrechter vonnis wijzen.ADVERTISEMENT

Tegen verdachte L.T. is een gevangenisstraf van twaalf maanden gevorderd, waarvan elf voorwaardelijk met aftrek van de tijd in voorarrest en een boete van SRD 7.500 te vervangen met vier maanden hechtenis. Tegen de overige veertien verdachten is eveneens twaalf maanden, waarvan elf voorwaardelijk geëist. Alleen is hun boete SRD 5.000 te vervangen door drie maanden hechtenis.

Op 19 augustus 2024 had officier van justitie Mirella van Dijk tijdens het requisitoir aangegeven dat de strafbare feiten opzettelijke mishandeling met als gevolg zwaar lichamelijk letsel van drie arrestanten bewezen moet worden geacht. Hetzelfde gold volgens de officier voor de eenvoudige mishandeling van zestien arrestanten en de vernieling van medicamenten en voedingsmiddelen.

Van Dijk oordeelde dat verzet van de arrestanten niet vast is komen te staan. Daarom kan er volgens haar geen sprake zijn van enige strafuitsluitingsgrond. Benadrukt werd dat er buitensporig geweld is gebruikt tegen de arrestanten. Het opzettelijk toebrengen van zwaar lichamelijk letsel, zware mishandeling, heeft de officier niet bewezen geacht. Ze vroeg daarom vrijspraak voor die specifieke feiten.