Virgil wederom veroordeeld voor diefstal, roept: “God slaapt niet!”

door

Virgil C. heeft zich opnieuw schuldig gemaakt aan diefstal, deze keer van een klant die brood kocht bij een bakkerij. Bij het horen van zijn vonnis riep hij luid: “God slaapt niet, ik ben het niet eens met de straf. Gado ow du sani nanga yu,” terwijl hij naar de officier van justitie wees. De klant had de autodeur van zijn Raptor op een kier gelaten terwijl hij brood ging kopen.
Bij de bakkerij raakte hij in een discussie met de verkoper, waardoor hij zijn omgeving niet in de gaten hield. Toen hij terug in zijn auto stapte, ontdekte hij dat zijn schoudertas ontbrak. In de tas zaten onder meer een portemonnee met 700 euro, US$ 300, SRD 700, pinpassen en een smartkey. De klant deed aangifte, waarna de politie een onderzoek instelde.
Op camerabeelden van de bakkerij was te zien hoe Virgil met een pet laag over zijn gezicht de cabine van het voertuig binnenging en iets wegnam. Vervolgens stak hij de Kwattaweg over en stapte in een Nissan. Toen Virgil zijn pet afdeed, werd hij door de politie herkend. Hij werd opgespoord en de volgende dag aangehouden.
Tijdens een huiszoeking vond de politie een afstandsbediening op een kast in zijn slaapkamer. Deze vondst, samen met zijn verklaringen, leidde tot een onderzoek naar een andere zaak. Hierin hadden Virgil en zijn comparant Milton W. ingebroken in een Prado, waarbij SRD 29.000, 400 euro en een onbekend bedrag in Amerikaanse dollars werden gestolen.
Virgil’s moeder verklaarde dat haar zoon vaker is aangehouden en veroordeeld voor diefstal van tassen uit auto’s. Ze gaf echter aan haar zoon niet te herkennen op de camerabeelden, omdat volgens haar de lichaamsbouw anders was.
Tijdens de zitting werd Virgil geconfronteerd met de camerabeelden. Hij ontkende dat hij degene op de beelden was en beweerde dat zijn comparant Milton W. verantwoordelijk was. Ook gaf hij aan dat zijn vriend Joel ‘Big Show’ M. hem valselijk zou hebben beschuldigd van betrokkenheid bij andere diefstallen langs de Petrus Cairoweg.
De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van 12 maanden onvoorwaardelijk met aftrek van voorarrest. Virgil raakte geïrriteerd bij het horen van de strafeis en bleef praten tijdens de uitspraak van de rechter. Uiteindelijk werd hij veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 maanden, geheel onvoorwaardelijk.