Vids schrijft ‘zwijgende’ president Santokhi opnieuw aan over MoU met Chinalco

door

PARAMARIBO — In een nieuw schrijven aan president Chandrikapersad Santokhi herhaalt de Vereniging van Inheemse Dorpshoofden in Suriname (Vids) “dat enige en elke verdere activiteit in de richting van het komen tot een definitieve overeenkomst (met Chinalco, … red.) dient te worden teruggedraaid of stopgezet”. Het traditionele gezagsorgaan van de inheemsen besloot het staatshoofd deze week weer aan te schrijven, nadat Santokhi niet reageerde op de brief van 2 december over de conceptovereenkomst met het Chinese mijnbouwbedrijf Chinalco om bauxiet te winnen in het woon- en leefgebied van de inheemse gemeenschappen van West-Suriname.

In het jongste schrijven maakt de Vids nog eens duidelijk dat “inheemse woon- en leefgebieden geen domeingrond zijn, waarover de staat zonder voorafgaande Free, Prior and Informed Consent (FPIC) kan beschikken”. “De gebieden zijn collectief eigendom van de desbetreffende inheemse volken. Dat collectief eigendom is beschermd onder het Amerikaanse Verdrag voor Mensenrechten en de VN-Verklaring inzake de Rechten van Inheemse Volken en de daarop gebaseerde internationale en nationale rechtspraak”, stelt de Vids.

“Inheemse woon- en leefgebieden zijn geen domeingrond, waarover de staat zonder voorafgaande Free, Prior and Informed Consent (FPIC) kan beschikken”

Ze waarschuwt de president dat “voortgaan met gronduitgiften in onze woon- en leefgebieden schendingen zijn van de legitieme rechten van de inheemse volken, waartegen wij consistent en onvermoeibaar zullen ageren op nationaal, regionaal en mondiaal niveau”.

FPIC

De Vids zegt na de bekendmaking van de bereikte Memorandum of Understanding op 25 november tussen de staat en Chinalco te zijn uitgenodigd door de presidentiële commissie Ontwikkeling West-Suriname Bakhuis Bauxiet met wie er, evenals de voorzitter en ondervoorzitter van De Nationale Assemblee, “informatieve gesprekken” zijn geweest. Daarbij werd benadrukt door de inheemse vertegenwoordiging dat de staat verplicht is om FPIC te verkrijgen van de betrokken gemeenschappen, voordat hij het besluit mag nemen om aan Chinalco rechten te verlenen om economische activiteiten in het inheemse woon- en leefgebied te ontplooien.

Erop wordt gewezen dat door het opstarten van “een proces van omstandige en volledige informatieverschaffing” aan de betrokken gemeenschappen over het Chinalco-project ze in staat zijn om al dan niet een FPIC te kunnen geven aan het project. “Pas na verkregen FPIC mag de staat op basis daarvan verder onderhandelen met Chinalco”, maakt de Vids duidelijk in het nieuwe schrijven.

Rechtmatige vertegenwoordiger staat

De Vids attendeert de president erop dat het volgen van de FPIC-procedure geen eenmalige is. “Deze moet telkenmale worden gevolgd bij elk te nemen besluit met het risico op een impact op de rechten en/of op het woon- en leefgebied van de inheemse gemeenschappen van het West-Surinamegebied.”

De overkoepeling zegt bereid te zijn om in samenspraak met wettelijke bevoegde instanties te werken aan het ontwerpen en uiteenzetten van de noodzakelijke volwaardige FPIC-procedures, die dienen te voldoen aan internationale FPIC-standaarden. De organisatie wil daarom weten wie de rechtmatige vertegenwoordiger van de staat is, die hierover met het gezagsorgaan in overleg zal treden.