VIDS-project ondersteunt strijd voor erkenning inheemse landrechten

In de dorpen Pikin Saron, Bigi Poika en Tibiti zijn lokale bewoners opgeleid tot onderzoekers om waardevolle mondelinge geschiedenis en historische gegevens vast te leggen. Deze informatie dient als bewijslast bij de vervaardiging van demarcatiekaarten, cruciaal in de strijd voor wettelijke erkenning van inheemse grondenrechten.

ADVERTENTIE

De training maakt deel uit van een breder project van Bureau VIDS dat meer dan achttien inheemse dorpen in Suriname ondersteunt. Op 7 en 8 mei vond in Pikin Saron de training “Het vastleggen van Inheemse mondelinge geschiedenis” plaats.
De deelnemers leerden hoe zij gegevens kunnen verzamelen over oude woonplaatsen, begraafplaatsen, jacht- en visgronden, en andere belangrijke locaties binnen hun traditioneel gebied. Deze informatie wordt gekoppeld aan geografische markeringen op de demarcatiekaarten die momenteel in ontwikkeling zijn.
“Deze training was echt nodig, omdat we ouderen hebben die kennis hebben en verhalen kennen over ons gebied, en die informatie mag niet verloren gaan,” aldus Clarise Moera-Awalie, dorpshoofd van Pikin Saron. Zij benadrukte dat deze verhalen niet alleen cultureel waardevol zijn, maar ook dienen als juridisch bewijs.
“Ik heb vernomen dat onze mensen ook hebben gewoond in het Maripaston-gebied, maar daar wordt nu aan goudwinning gedaan. Ik vrees dat het bewijs vernietigd is.” VIDS benadrukt dat samenwerking tussen GPS-mappers en lokale onderzoekers van essentieel belang is: de kaart en de verhalen moeten elkaar aanvullen.
Het project beoogt de collectieve landrechten van ruim 4600 inheemsen in achttien dorpen veilig te stellen. De verzamelde gegevens worden gebundeld in een boek en samen met de demarcatiekaarten ingezet om juridische erkenning te verkrijgen.
De rechten van inheemse volken op hun traditionele leefgebieden zijn vastgelegd in internationale verdragen, waaronder de VN-Verklaring inzake de Rechten van Inheemse Volken (UNDRIP) en het ILO-verdrag 169. Ook het Inter-Amerikaanse Hof voor de Rechten van de Mens heeft Suriname op de vingers getikt in de zaak van de Kaliña en Lokono volken, waarbij het land werd veroordeeld voor het niet juridisch afbakenen van inheemse gronden en het toestaan van mijnbouw zonder overleg.
De training en het bredere demarcatieproject zijn concrete stappen om de collectieve rechten van inheemse gemeenschappen te documenteren, beschermen en uiteindelijk wettelijk erkend te krijgen.