VIDS: “Alle activiteiten in West-Suriname moeten stopgezet worden”

De Vereniging van Inheemse Dorpshoofden in Suriname (VIDS) heeft een kritische brief gestuurd naar president Chan Santokhi, waarin ze zich uitspreken tegen de voornemens van de bauxietindustrie en andere kwesties in West-Suriname. VIDS eist dat alle activiteiten in het gebied onmiddellijk worden stopgezet. De organisatie is in beraad met de betrokken gemeenschappen over de te nemen nationale en internationale stappen tegen de toenemende mensenrechtenschendingen.
In de brief wordt met grote verontrusting gereageerd op de ondertekening van een memorandum of understanding (MoU) met het aluminiumbedrijf Chinalco, waarmee de bauxietindustrie in West-Suriname op gang moet komen. Volgens VIDS zijn de lokale gemeenschappen in het gebied, die traditioneel over dit grondgebied beschikken, niet op de hoogte van deze beslissing en zijn zij niet betrokken geweest bij de besluitvorming, die grote gevolgen zal hebben voor hun leven, rechten en grondgebied.
Ook VIDS, het nationale vertegenwoordigersorgaan van het traditioneel gezag van de inheemse volken, was niet bij dit proces betrokken. Er wordt gewezen op eerdere beslissingen en activiteiten in West-Suriname, waar ook geen inspraak is geweest van het traditioneel gezag en de betrokken gemeenschappen. Dit betreft onder andere de voorgenomen uitgifte van een mijnbouwconcessie aan Newmont, de uitgifte van gronden binnen traditioneel grondgebied aan individuele personen, de kwestie van het bedrijf Goldline, grootschalige landbouwplannen door mennonieten, landbouwarealen vanuit de overheid, en grint- en zandafgravingen in de Corantijnrivier.
VIDS uit verder zorgen over het proces van grondconversie, aangezien de traditionele woon- en leefgebieden van de Inheemse volken nog niet wettelijk erkend zijn. Het is voor hen niet transparant hoe wordt voorkomen dat hun gronden in privébezit worden omgezet. Tevens herhaalt VIDS haar afkeuring van de verhandeling van ITMO’s en carbonkredieten die zijn verkregen uit hun leefgebieden, zonder hun effectieve deelname en inspraak in het beleid.
De herziening van de conceptwet Collectieve Rechten, die momenteel zonder de participatie van de Inheemse gemeenschappen plaatsvindt, wordt ook bekritiseerd. Volgens VIDS is deze wetgeving niet transparant en vormt deze een schending van de verplichtingen van Suriname onder internationaal recht en het Inter-Amerikaans mensenrechtensysteem.
VIDS benadrukt dat alle genoemde activiteiten in strijd zijn met de rechten van Inheemse volken, die zowel nationaal als internationaal erkend zijn, met name het recht op free, prior, and informed consent (FPIC). De organisatie herinnert aan de verschillende vonnissen van het Inter-Amerikaans Hof voor Mensenrechten tegen Suriname, evenals een recent nationaal vonnis in de zaak “Stg. Gi Jesi Na Lelie en anderen contra de Staat Suriname”.
De voortdurende structurele en beleidsmatige achterstelling van de Inheemse gemeenschappen op het gebied van publieke voorzieningen zoals onderwijs, gezondheidszorg, sociale zekerheid, en werkgelegenheid is volgens VIDS zo ver ingebed in het overheidsbeleid dat het zelfs niet meer opvalt bij de regering, ondanks waarschuwingen van VN- en regionale mensenrechtenlichamen.
De recente mededelingen over de overeenkomst met Chinalco zijn voor VIDS de druppel die de emmer doet overlopen. De organisatie vraagt om de onmiddellijke stopzetting van alle bovengenoemde activiteiten en om volledige informatie van de regering over de plannen met betrekking tot deze kwesties.
VIDS verlangt garanties om verdere schendingen van de rechten van de inheemse volken te voorkomen en te bestraffen. In afwachting van een spoedige reactie zal VIDS zich, samen met de betrokken gemeenschappen, beraden over de te nemen nationale en internationale stappen tegen de voortdurende mensenrechtenschendingen.