VHP’er Van Samson ingenomen met afspraken over local content oliewinning

door Ivan Cairo
PARAMARIBO — Waar fractieleiders van oppositiepartijen het naadje van de kous willen weten over afspraken die Staatsolie heeft gemaakt met buitenlandse partners over de oliewinning in Blok 58, is VHP-fractielid Cedric van Samson ingenomen met de afspraken rond local content. Dinsdag was volgens hem een belangrijke dag voor het land, omdat het financiële investeringsbesluit (FID) een feit is, wat ervoor zal zorgen dat “Suriname grote mogelijkheden heeft om zaken gelijk aan te pakken”.

Van Samson tegenover de Ware Tijd: “Het belangrijkste is ook dat dat van local content is bepaald.” Van belang is, aldus de politicus, dat lokale bedrijven, zoals in de horecasector en toeleveringsbedrijven, profiteren van de spin-off van de oliehausse en er ook door kunnen verdienen.

“Deze ontwikkeling kan de samenleving positief of negatief beïnvloeden”
DOE-voorzitter Steven Alfaisi
Bezorgd
DOE-voorzitter Steven Alfaisi noemt de ondertekening van het FID historisch, een ontwikkeling die een enorme impact zal hebben en Suriname zal veranderen. Hoewel ingenomen daarmee, is de partij tegelijkertijd “heel bezorgd”, zegt de voorzitter. “Omdat deze ontwikkeling de samenleving positief of negatief kan beïnvloeden. Positief, als we in staat zijn deze inkomsten die tijdelijk zijn, om te zetten naar ‘oneindigende’ duurzame ontwikkeling en dus voor elke Surinamer en de toekomstige generaties duurzame welvaart en welzijn kunnen realiseren.” Hij wijst daarbij op onderwijs, werkgelegenheid, gezondheidszorg en huisvesting.
Er zou een sociaal rechtvaardige samenleving moeten ontstaan. Maar het kan ook negatief uitpakken “indien slechts de politieke elite en een kleine groep van kapitalisten met hun familie en entourage van de inkomsten zullen genieten en we dus corruptie en patronage verder met deze middelen gaan institutionaliseren.”
Ook als de bewindvoerders niet in staat zijn maatregelen te treffen en beleid uit te voeren die een resource curse, een grondstoffenvloek, moet voorkomen “of die ons afdrijven naar een corruptie- en machtstaat en populistisch beleid”. Alfaisi stelt dat Suriname nog niet alles op orde heeft om enkele van de negatieve effecten te kunnen afwenden.
Integere leiders kiezen
Hij benoemt onder meer het ontbreken van een adequate aanbestedingswet, de wet Openbaarheid van Bestuur, de wet op Ombudspersoon, een rigide en operationele anticorruptie wetgeving, versterkte controle- en wetshandhavingsinstituten. Maar wijst ook op de noodzaak van een efficiënt functionerend parlement.
Alfaisi hoopt dat de samenleving inziet dat ze met de offshore oliewinning de zoveelste keer een kans krijgt, “die we niet meer mogen verprutsen”. De enige manier om dit te doen is volgens de DOE-voorman “om partijen die leiders en politici die stelen, corrupt zijn, liegen, partijpolitiek belang de voorkeur geven boven het Surinaams belang onderdak bieden, af te wijzen en nieuwe progressieve en integere politici kiezen op 25 mei 2025”.
“Goed bestuur, eerlijkheid, transparantie, sociale rechtvaardigheid en deskundigheid moeten ons credo en onze kernwaarden zijn. Op een andere manier zal het niet lukken”, waarschuwt de politicus.