VHP-kandidaat Abiteng pleit voor sterke export en minder import

door

Paul Abiteng, ondernemer en voorzitter van de Binnenlandse Houtproducenten, heeft als betrokken burger de stap gezet om actief deel te nemen aan de politiek. Hij staat op plaats 33 van de DNA-kandidatenlijst van de VHP en is vastbesloten zich in te zetten voor het verhogen van de productie in Suriname, met als doel om 80 tot 90 procent van de benodigde goederen lokaal te produceren.
In gesprek met Suriname suriname benadrukt Abiteng dat Suriname nog veel te weinig exporteert en dat er dringend actie nodig is om de productiviteit te verhogen. Volgens hem is er een aanzienlijk verschil tussen de toegang tot financiering in het land en het kapitaal dat binnenkomt.
Hij pleit ervoor dat de productie opgevoerd wordt, onder de juiste randvoorwaarden van de overheid, zodat Surinaamse producten kunnen concurreren op de internationale markt.
Meer export, minder importAbiteng onderstreept het belang van een actieve rol voor Surinaamse ambassadeurs in het buitenland om lokale producten beter te positioneren op de wereldmarkt. Volgens hem is het noodzakelijk dat de import wordt teruggedrongen en de export toeneemt. Dat kan alleen gerealiseerd worden door duurzaam te investeren in de productiesector. “Surinamers zouden meer waarde moeten hechten aan hun eigen producten,” stelt hij.
Daarnaast wijst hij op het belang van beschikbare financiële middelen voor het uitvoeren van sociale projecten. Zonder structurele inkomsten, kunnen zulke initiatieven volgens hem niet worden gerealiseerd.
Hij benadrukt dat er kritisch gekeken moet worden naar de regeringsprogramma’s, in het bijzonder met betrekking tot de olie- en gasindustrie, om beschikbare middelen zo efficiënt mogelijk in te zetten ten bate van de samenleving.
Oproep tot vernieuwingAbiteng stelt dat Suriname, ondanks honderd jaar Suralco en meer dan 3,5 miljard aan ontwikkelingshulp, relatief weinig vooruitgang heeft geboekt. Volgens hem is het tijd om de economie te diversifiëren en progressieve leiders de ruimte te geven om het land vooruit te helpen. Hij doet een oproep aan de gevestigde orde: “Oude leiders moeten een stap terug doen.”
Hij benadrukt dat alle regio’s in Suriname evenredig ontwikkeld moeten worden en dat de kloof tussen arm en rijk dringend verkleind moet worden.