Verdachte in gijzelingszaak Rodney Cairo veroordeeld tot vier jaar gevangenisstraf

door

De kantonrechter heeft de verdachte Imro M. veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaar voor zijn betrokkenheid bij de gijzeling van Rodney Cairo. Hij werd schuldig bevonden aan medeplegen van gijzeling, diefstal met geweldpleging en huisvredebreuk. Ongeveer twee jaar geleden had officier van justitie Manro Danning nog een strafvoorstel van acht jaar geëist tegen Imro M. voor zijn aandeel in deze zaak.
De gijzeling vond plaats in de nacht van 15 op 16 april 2020, toen zwaarbewapende mannen de woning van Cairo binnendrongen. Destijds gold er een avondklok vanwege de coronapandemie, waardoor burgers zich alleen met dispensatie op straat mochten begeven.
Een oplettende buurman schakelde direct de politie in, die snel ter plaatse was. Bij aankomst zagen de agenten dat de zwaarbewapende mannen Cairo – geboeid aan handen en voeten – naar buiten brachten. Toen zij de politie zagen, sleurden zij het slachtoffer terug de woning in.
Imro M., die de Nederlandse nationaliteit bezit, liep vervolgens met opgeheven handen naar de politie en stelde zich voor als de leider van de groep die zich in de woning bevond. Hij verklaarde te handelen in opdracht van Danielle Veira, de toenmalige directeur van het Directoraat Nationale Veiligheid (DNV).
Imro M. toonde een brief met dispensatie, ondertekend door Veira, die hem toestemming gaf zich tijdens de avondklok te verplaatsen. Hij legitimeerde zich met zijn Nederlands paspoort.
Tijdens het incident benadrukte Imro M. meerdere malen dat de politie contact kon opnemen met mevrouw Veira ter bevestiging dat het ging om een officiële DNV-operatie. Uit onderzoek blijkt dat de toenmalige DNV-directeur die avond tweemaal telefonisch contact heeft opgenomen met de toenmalige korpschef van het Korps Politie Suriname (KPS).
Zij verklaarde dat DNV-medewerkers ter plaatse een operatie uitvoerden en vroeg de korpschef om de aanwezige agenten te instrueren zich terug te trekken. De korpschef zou dit verzoek hebben ingewilligd, waarna de politie zich inderdaad terugtrok.
Kort daarna vertrokken Imro M. en zijn gezelschap. Cairo deed aangifte, maar Imro M. bleek inmiddels het land te hebben verlaten. De strafzaak is bij verstek – in zijn afwezigheid – behandeld door de rechtbank.