Van macht naar machteloosheid: de tragiek van Bouta’s laatste momenten

Wat ik aan het doen ben? Ongewild toch Desi Bouterse in mijn gedachten. Ergens schuilen, 24 uur per dag in angst leven dat je wordt verraden. Ziek en hulpbehoevend. Ook al staan er 50 Cubaanse doktoren met 100 dozen vol medicijnen naast je bed, bepaalde hulp kan alleen in een ziekenhuis worden gegeven. Dat betekent dat je jezelf moet aangeven, waarmee je ook je ‘gastheren’ in grote problemen brengt.
Jij, die meer dan 40 jaar de machtigste man van het land was en over andermans leven beschikte en besliste, bent nu de grip op je eigen leven kwijt. Je kijkt machteloos de dood in de ogen, wetend dat je gedwongen bent om af te zien van de medische hulp die je leven misschien had kunnen redden.
En uiteindelijk sterf je, net als je slachtoffers. Eenzaam, zonder dat je geliefden je hand konden vasthouden, heb je je ogen voorgoed moeten sluiten. Als je leven als een film aan je voorbijgetrokken is, dan was het zeker geen rustig inslapen.
Dit is zo diep tragisch! Gevangenisstraf valt hierbij in het niet, naar mijn mening. Voordat je dit aardse leven verliet, heb je je paiman dubbel en dwars gekregen.
Ondanks alles kan ik niet zeggen: “Hai kis yu moi,” maar ik denk: “Poor, poor Almighty Bouta.” Je staat nu voor je Schepper om verantwoording af te leggen — iets wat je nooit hebt willen doen tegenover de nabestaanden van je slachtoffers, terwijl je die kans wel had. Ik zou niet in je schoenen willen staan.
Bouta, sterkte daarboven in de hitte! Misschien zal ik nu eindelijk de moed kunnen opbrengen om het autopsierapport van Frank Wijngaarde, de vader van mijn twee dochters, te openen en te lezen.
Hedy de Miranda