Tropenbos Suriname pleit voor programma ‘brandslimme’ landschappen

‘Eerste stap is uitvoeren assessment’
Langdurige hitte en droogte maken bossen brandbaarder. Zodra een brand begint, is deze moeilijker onder controle te houden. Normaal gesproken zijn bossen een belangrijk koolstofopslaggebied waarbij ze meer koolstof (CO2) uit de atmosfeer opnemen dan ze vrijgeven, maar bij grote bosbranden wordt juist enorm veel koolstof uitgestoten. Een oplossing hiervoor is ‘brandslimme’ landschappen.

Tekst Kevin Headley
Beeld Getty Image
Het opwarmende klimaat door klimaatverandering vergroot de kans op bosbranden in de wereld, en ook in Suriname. Volgens een studie van Nature – het belangrijkste internationale wetenschappelijkweekblad ter wereld – verbraken de Canadese bosbranden in 2023 alle records in omvang, en ook dit jaar zijn er opnieuw grootschalige branden ontstaan. Tot half augustus is al vijf miljoen hectare bos in vlammen opgegaan in Canada. Dit is iets minder dan een derde van het Surinaamse landoppervlak.

“Een kleine bosbrand kan in deze droge periode snel uitgroeien tot een grote, met vergaande gevolgen“

In Bolivia heeft de regering zaterdag de noodtoestand afgekondigd als reactie op aanhoudende en hevige bosbranden. Dit is volgens een officiele bekendmaking gedaan om snel en effectief hulp te kunnen bieden bij de bestrijding van de branden.
Hoewel er in Suriname geen sprake is van grootschalige bosbranden zoals in Californië in de Verenigde Staten, Canada, Brazilië en Bolivia, moeten we toch waakzaam zijn. Een kleine bosbrand kan in deze droge periode snel uitgroeien tot een grote, met vergaande gevolgen.
Naast een goed managementplan voor het bos, waarin wordt beschreven hoe dergelijke ontwikkelingen moeten worden aangepakkt, is het belangrijk om ook de rurale gemeenschappen en de mensen die in en van het bos leven, voor te lichten over hoe te handelen bij een bosbrand en wat ze moeten doen bij calamiteiten. Suriname heeft in april dit jaar vooral in Coronie en Saramacca, last gehad van bosbranden, maar daarvóór – in februari – werd Nickerie getroffen.
Daar was sprake van een grote bosbrand die voor veel overlast heeft gezorgd. Het vuur werd voor het eerste gezien in de buurt van het Bombaykanaal en was na twee dagen gedeeltelijk geblust. Op 19 februari laaide het echter weer op. Met behulp van graafmachines werden gebieden geïsoleerd om verspreiding van het vuur te voorkomen en er werd ook geblust.
Door de droogte in het moeras en de dikke humuslaag bleef het vuur echter smeulen, met veel rookontwikkeling tot gevolg. De rookvervuiling in Nickerie leidde tot de sluiting van scholen in het gebied en veroorzaakte ademhalingsklachten bij mensen, die zich moesten laten behandelen door een arts.
De brand werd mogelijk veroorzaakt door extreme droogte of onzorgvuldig verbranden van vuil, maar de aanhoudende hitte heeft het moeras opgedroogd en een dikke laag organisch materiaal achtergelaten dat zeer brandbaar is. De brandweer benadrukt hoe belangrijk het is dat de gemeenschap er aan bijdraagt om brandgevaarlijke situaties te voorkomen.
Wet Bosbeheer
Volgens het rapport Indigenous Peoples’ Traditional Knowledge of Fire: Case Studies from the Guiana Shield (Guyana, Suriname, Venezuela) bestaat er geen specifiek beleid of wetgeving voor brandmanagement door inheemse volkeren in Suriname. De Wet Bosbeheer (1992) bevat bepalingen voor inheemse en tribale volkeren om toegang te hebben tot een gemeenschapsbos.
Het gaat om bosgebieden die zijn gelegen rond gemeenschappelijke gronden die aangewezen zijn als gemeenschapsbos ten behoeve van dorps-, nederzettings- en tribale bosbewoners, en dienen voor de eigen voedselbehoeften en productie van bosproducten. Maar ook voor het mogelijke commerciële gebruik van hout, verzamelen van bosbijproducten en exploitatie voor agrarische doeleinden.
De Wet Bosbeheer specificeert echter niet het gebruik van vuur; ze noemt bosbranden alleen als potentieel gevaarlijk en bevat artikelen over verantwoordelijkheden en middelen voor brandbestrijding. In het rapport wordt verder aangegeven dat voorspellingen van klimaatverandering voor Suriname een hogere gemiddelde atmosferische temperatuur, verminderde gemiddelde jaarlijkse regenval, een hogere temperatuur van het zeeoppervlak en een stijging van de zeespiegel omvatten.
Verminderde regenval kan resulteren in het afsterven van de vegetatie en/of veranderingen in de samenstelling van het ecosysteem, bijvoorbeeld beboste gebieden die veranderen in drogere, meer savanne-achtige vegetatie. Deze omstandigheden vergroten het risico op natuurbranden. Dit kan nabijgelegen gemeenschappen en natuurlijke ecosystemen bedreigen en koolstofdioxide aan de atmosfeer toevoegen.
Nieuwe aanpak voor minder risico
Het Surinaaamse binnenland is de afgelopen jaren redelijk gevrijwaard gebleven van ernstige bosbranden. In 1964 werd onder andere de houtconcessie van Bruynzeel Suriname Houtmaatschappij (BSH) door een grote bosbrand getroffen, waardoor veel grondstof voor de toenmalige triplexfabriek verloren ging.
Tegenwoordig worden in Suriname voornamelijk kleine stukken bos gekapt (vaak minder dan één hectare) voor het aanleggen van kostgronden, die na na enkele keren gebruik niet langer geschikt zijn en in brand worden gestoken. Wanneer dit niet verantwoord gebeurt kan het, vooral door de aanhoudende droogte, leiden tot een bosbrand. Betrekkelijk kleine branden kunnen snel omslaan in grote, ongecontroleerde bosbranden.

“Alleen door …