Transfer profleague

VEEL MENSEN, VOORAL voetballiefhebbers, kijken ongetwijfeld verlangend uit naar maandag als de transferperiode voor de pro-league van de SVB sluit. Dat er nog geen echte pro-league wordt afgedraaid is geen nieuws. Voorheen waren spelers in de hoofdklasse amateurs die een klein bedrag toegestopt kregen, een soort onkostenvergoeding. Er was een transfer reglement waarin bedragen waren vastgesteld waaraan de clubs zich moesten houden, op straffe van sancties.
Sinds de introductie van de Suriname Major League is de situatie veranderd en staat het voetballers en clubs vrij een verbintenis aan te gaan in de vorm van een contract, min of meer zoals het in het buitenland gebeurt. Volgens het oude model van amateurs ging de verbintenis zonder contract. Bestuurders van toen noemen de nieuwe situatie voordeliger.

Het rendement van sport vertaalt zich niet op korte termijn, en dat vindt een ondernemer lastig

De regelgeving laat weinig ruimte voor situaties zoals die waarbij spelers op twee transferlijsten tekenden. Introductie van het contract geeft meer zekerheid aan zowel de voetballer als de club. Clubs in de profleague hebben in het eerste jaar het hoofd boven water gehouden, maar de continuïteit is iets van lange adem.
Het grootste voordeel op dit moment voor clubs is dat zij niet voor sommige lasten hoeven te betalen. Zover bekend zijn de spelers niet volledig in dienst van de club en is het een deeltijdse samenwerking. Zo kunnen zij zich niet op de borst slaan volledig prof te zijn.
Feitelijk hebben ze twee banen en is het arbeidscontract zoals dat voor volledige profs in het buiten land geldt totaal verschillend van dat van Suriname. Uiteraard richt het deeltijdcontract zich op de meest fundamentele rechten en verplichtingen van een semiprof.
Als de situatie niet verandert, zal gaandeweg de experimentele periode van maximaal vier jaar, die voor het model van Suriname is uitgetrokken, mogelijk blijken dat financiering van de clubs naar een doodspoor kan leiden. Verdere instandhouding van de clubs is namelijk afhankelijk van het draagvermogen van sponsors.
Het rendement van sport vertaalt zich niet op korte termijn, en dat vindt een ondernemer lastig. Die wil tastbare resultaten zien en als ze uitblijven is de sponsor geneigd zich terug te trekken en vaak gebeurt dat ook. Dit is misschien de reden waarom eerdere experimenten met betaald voetbal in landen in de regio zijn mislukt. Grote hoogten zijn niet bereikt.
Als het ware moeten bestuurders van profvoetbal 24/7 met de neus op het proces zitten om alle condities te scheppen. Anderzijds moeten spelers evenzo zeven dagen per week gedurende 24 uur beschikbaar zijn. Succes zal pas mogelijk zijn als onder andere voetballers, trainers, bestuurders en communicatie deskundigen, voltijds aan de slag gaan.
Elke club moet de beschikking hebben over een professioneel trainingscentrum. Teams zouden er over kunnen nadenken om gezamenlijk zo een centrum op te zetten en dan met een goed schema voor elk team om er optimaal gebruik van te maken. Ook wat gebruik van de juiste voeding betreft loopt Suriname ver achter. Dit is slechts een greep uit de voorwaarden die nodig zijn om zich met recht een betaald voetballer te noemen.