‘De families zijn niet meer wit, maar vormen een palet van kleuren’
“Dit is de ingang naar Voorzorg en als je daar verdergaat, kom je hier terecht.” Ton Groot Haar (68) toont op zijn telefoon een van een moerasachtige open plek. Hij beschrijft het moment toen hij met een lokale gids naar Voorzorg in het district Saramacca trok, de plek waar de eerste groep Nederlandse boeren op 20 juni 1845 voet aan wal zette. “Hier moesten we allemaal balken en boomstammen neerleggen om niet door de grond te zakken. Ik stond er iets naast en zakte al weg tot aan mijn kuiten. Ik moest mezelf lostrekken om verder te kunnen. Het is echt een moeras.”
Tekst Audry Wajwakana
Beeld privécollectie
Zijn eigen ervaring in het moerasachtige Voorzorg lijkt hem een mooi begin voor zijn boek ‘De grote boom’, dat hij op 20 juni, bij 180 jaar herdenking Boeroes in Suriname, te Groningen, Saramacca wil presenteren. “Het laat goed de totale ontzetting zien, omdat er niets was.” Groot Haar, graaf en voormalig communicatiespecialist in Nederland, is in Suriname om de huidige generatie Boeroes vast te leggen. Het is zijn derde bezoek aan het land.
“Er komen niet minder Boeroes, ze worden alleen minder herkenbaar”André Loor
Zijn interesse in de Boeroes werd gewekt door goede vriendin Karin Sitalsing, die ongeveer tien jaar geleden een boek schreef over haar moeder, Anne Loor, de zus van historicus André Loor (1931-2013). Tijdens haar zoektocht verdiepte Sitalsing zich in haar familiegeschiedenis en maakte een indrukwekkende reis naar Suriname. Dit verhaal inspireerde Groot Haar dat hij Suriname zelf wilde ervaren.
Het verhaal van de Boeroes is zowel in Suriname als Nederland weinig bekend, vindt hij. “Veel mensen kennen het niet. In Nederland sprak ik met Boeroes die vóór de onafhankelijkheid van Suriname emigreerden. Hun verhalen waren bijzonder.”
Tijdens zijn onderzoek, dat wordt gefinancierd door het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten, ontdekte Groot Haar dat Gart Jan Loor, de stamvader van Sitalsing, uit Doetinchem kwam, vlakbij zijn eigen geboortedorp. “Mijn beide opa’s waren boeren, dus ik voelde verwantschap. Als ik in die tijd had geleefd, was ik misschien ook meegegaan”, zegt hij.
Identiteit minder zichtbaar
Groot Haar wilde begrijpen waarom de boeren deze reis maakten en concludeert: “Het was een combinatie van armoede en religie”. Drie dominees Arend van den Brandhof, Betting en Copijn van de Nederlands Hervormde Kerk speelden een belangrijke rol.
Na de afschaffing van de slavenhandel in 1814 ontstond een tekort aan arbeidskrachten. Van den Brandhof, die eerder als dominee in Paramaribo was afgewezen, zag hierin een kans. Hij overtuigde Koning Willem III om vijftig gezinnen mee te nemen en preekte van de kansels: ‘Als je een beter leven wil, ga mee’.
Copijn ging eerder naar Suriname om het gebied te verkennen. Toen hij terugkwam, waarschuwde hij dat het geen goed idee was. Maar ondanks die waarschuwing ging het project door. En zo begon de reis van de Boeroes. Op 20 juni 1845 arriveerde de eerste boot met 202 Nederlandse boerenkolonisten in Voorzorg. Tot 1853 kwamen er totaal 398 Nederlandse kolonisten naar Suriname, van wie 170 overleden. Ook keerde een aantal terug naar Nederland.
Dit jaar is het precies 180 jaar geleden dat de Boeroes in Suriname aankwamen, een mijlpaal die extra aandacht krijgt. Groot Haar richt zich in zijn boek niet zozeer op de geschiedenis, maar op de huidige generatie Boeroes. “Ik vraag me af: ‘wat blijft erover van hun identiteit? Is er een gemeenschap? Wat is hun rol in de Surinaamse samenleving?’”
In tegenstelling tot groepen, zoals Hindostanen en Javanen, die vaak hun taal en tradities behouden, is de Boeroe-identiteit minder zichtbaar. Veel Boeroes zien zichzelf vooral als Surinamers en pas daarna als Boeroe. Hun afkomst is meestal te herkennen aan de achternaam, maar uiterlijk vallen ze minder op. “Historicus André Loor vatte het treffend samen: ‘Er komen niet minder Boeroes, ze worden alleen minder herkenbaar’”, zegt Groot Haar.
Hoewel niet alle Boeroes in de landbouw blijven, blijft de affiniteit met het platteland sterk. Echter, hun levensstijl op het platteland verschilt van die in de stad. Op het platteland zijn velen nog agrariër. De traditie van landbouw en jacht leeft nog steeds bij veel Boeroes, zowel uit noodzaak als uit liefde voor het platteland. “De verbondenheid met het land zien we terug bij anderen. Rick van Ravenswaay, voormalig minister, bewerkt regelmatig zijn land, terwijl John Rijsdijk, die in Paramaribo woont en werkt, meerdere keren per week naar zijn boerderij in Reeberg gaat om te ontspannen en zelf zijn potje kookt. Dit patroon is vooral zichtbaar bij de oudere generatie Boeroes”, vertelt Groot Haar.
Naslagwerk
Hij is voor de titel van het boek geïnspireerd door de iconische regenboom aan de Gemenelandsweg in het ressort Uitvlugt. “Die boom werd in 1915 geplant …
- Mildred Magdalena Isselt Dankoor (81) Haarlem – Neder…..
- Marlyn Yvonne Hiwat (60) Paramaribo 18-1-2025..
- CIA: Covid19 ‘waarschijnlijker’ uit een laborat…..
- Kans op plaatselijke wateroverlast..
- Lloyd Read: “Regering schendt mensenrechten Inheemsen op st…..
- Het falen van Volksgezondheid..
- Officiële ingebruikname van plantmachine en waterzuiverings…..
- Suriname basketbalt zich op speelse wijze langs Greneda naa…..
- Regionale veerdienst start op zijn vroegst pas later dit ja…..
- Bouwwerkzaamheden ‘Waka Pasi’ Coronie al maanden gestop…..
- WAARBORGSOM IS SYMPTOOMBESTRIJDING..
- OKB zal NPS deze week registreren..
- Verdachte voor meerdere diefstallen aangehouden..
- Suriname bouwt aan voedselzekerheid: moderne machines voor …..
- Nog steeds komt lepra voor in Suriname..
- Plan Gezondheidszorg: Censuur in de VMS..
- 𝙆𝙤𝙧𝙥𝙨𝙘𝙝𝙚𝙛 𝙄𝙨𝙖𝙖𝙘𝙨 𝙨𝙡𝙪𝙞𝙩 𝙞𝙣𝙩𝙚𝙣𝙨𝙞𝙚𝙫𝙚 𝙈𝙀-𝙏𝙧𝙖𝙞𝙣𝙞𝙣𝙜 𝙞𝙣 𝙧𝙚𝙜𝙞𝙤 𝙬𝙚𝙨𝙩…..
- ICF waarschuwt voor misleidende websites en bedrijven..
- Misleidend intellectueel masker bij de verkoop van het idee…..
- NOG VIJF JAAR SANTOKHI..
- Commissie Veiligheid Verkiezingen op oriëntatie in district…..