(Aangeboden)Stuivertje wisselen is een kinderspel, dat lijkt op het nu bekende “bomen ruilen”, wat neerkomt op van plaats wisselen om elke keer een invloedrijke positie te verliezen of winnen. De 8 verkiezingen van 1987-2020 (inclusief de verwachte resultaten van de komende verkiezingen in mei 2025) laten steeds een wisseling van de wacht zien van militaire, consensus- en links-populistische regimes.Electorale instabiliteitIn het licht van de komende verkiezingen met een landelijk evenredigheidssysteem kunnen wij de landelijke electorale instabiliteit bepalen. Het betreft stembusuitslagen ten opzichte van de vorige verkiezingen met een instabiliteitsindex die waarden aanneemt van 0 tot 100. Hiermee wordt de afname of toename van uitgebrachte stemmen tussen twee verkiezingen vastgesteld. Een index van 0 duidt op stabiliteit. Voor de periode 1987-2020 was de electorale instabiliteit voor de coalities van de belangrijkste traditioneel etnische partijen (VHP, NPS, KTPI plus de SPA) -35,9 procent, wat duidt op een verlies. Opvallend is de daling van het percentage geldig uitgebrachte stemmen voor traditioneel etnische partijen van 1996-2015: Het percentage uitgebrachte stemmen bleef onder de 50 procent en daalde in 2010 zelfs naar 32 procent.Internationale allianties Ondanks kleine ideologische verschillen tussen de militaire, consensus en links populistische regimes in Suriname, hebben allemaal met elkaar gemeen dat ze hun beleid baseren op allianties met internationale en nationale minerale elites. Ze zijn gericht op het maximaliseren van investeringen en economische groei, zelfs als dit ten koste gaat van echte duurzaamheid, herverdeling en veranderingen in eigendomsverhoudingen. Dit is duidelijk bij militaire, links populistische en consensus regeringen die doorgaans ondoordacht allianties blijven sluiten met internationale elites voor ontginning van delfstoffen. Ondanks kleine beleidsverschillen hebben de drie regimetypen gemeen dat ze geen duurzaam antwoord geven op de achterhaalde 21e-eeuwse Surinaamse allocatiestaat. Deze garandeert door de export van grondstoffen een aanzienlijk deel van het staatsinkomen dat door centralistisch bestuur via partijlijnen steeds verkeerd wordt herverdeeld. Tot circa 1985 voorzag de Surinaamse allocatiestaat in het grootste deel van het staatsinkomen door de export van bauxiet. Daarna namen goud en olie steeds meer de plaats in van bauxiet als het gaat om staats- en deviezeninkomsten. Niettegenstaande de vele wisselingen van consensus en populistische regimes, veranderden de grondslagen niet van een falende ontwikkelingsstrategie binnen een neoliberale politieke economie.Stuivertje wisselen tussen regimesHet Surinaamse ‘Stuivertje wisselen’ systeem toont hoe links populistische en consensus regimes de Staat steeds gebruiken voor enge partijbelangen. Vriendjespolitiek en corruptie hebben een nadelige invloed op economie en samenleving en zijn in tegenspraak met bestuurlijke efficiëntie wanneer topfuncties worden toegewezen op basis van familie- en etnische voorkeur. Het toont aan hoe de Staat – door zijn fragiele politieke en economische basis – blijft ontaarden in een centrale bron voor politieke macht en korte termijn verwerving van economische rijkdom door opportunistische groepen en illegale narco handel. Zo hielden de drie regimetypes een inefficiënte en ineffectieve overheid in stand langs enge elite partijbelangen, waarbij vele verliesgevende staatsbedrijven worden gebruikt om de politieke machtsbasis veilig te stellen. Uiteindelijk slaagden achtereenvolgende regeringen er niet in om ontwikkeling structureel te bevorderen en armoede en ongelijkheid duurzaam te verminderen. Naar verwachting zullen de komende verkiezingen in mei 2025 opnieuw een wisseling van de wacht laten zien met een coalitieregering van partijen die een consensus – en -populistisch beleid zal voeren voor de eigen overleving.Doorbreek stuivertje wisselen Terwijl NAKS zich inspanningen getroost om met het ‘Sungu Kondre’ evenement lering te trekken uit de falende Brokopondo minerale ontwikkelingsstrategie die de vernietiging van dorpen in het Brokopondogebied teweeg bracht, zien we dezelfde politieke partijen binnen de machtcirkel van ‘Stuivertje wisselen’ hun messen slijpen. Waarvoor? Om de minerale strategie binnen de volgende regeringscoalitie voort te zetten, nu met offshore olie als speerpunt. Het ‘stuivertje wisselen’ politiek gezelschap heeft nauwelijks oog voor de voortgaande natuurvernietiging en uitverkoop van Suriname via concessies, ook in gedemarkeerde gebieden van inheemsen en tribalen. De bal ligt in de buitenparlementaire ruimte om een alternatieve strategie in harmonie met de natuur uit te werken, gericht op lokale en nationale ontwikkeling met natuur (o.m. bos, water, bosbijproducten, agro-forestry en ecodiensten) als duurzaam speerpunt. Dit moet een lange termijn fundament garanderen om onze kustbevolking, Inheemsen en Marrons te betrekken bij democratie en ontwikkeling, een eerste stap om de achterhaalde minerale ontwikkelingsstrategie en bedorven politieke cirkel van ‘stuivertje wisselen’ te doorbreken.Jack Menke.
- Effecten klimaatverandering in kustvlakte niet zo alarmeren…..
- Ben anti-ZIONIST OMDAT IK DE DOCHTER BEN VAN HOLOCAUST-OVER…..
- Column: Regionale mogelijkheden..
- Hulp samenleving van belang om buste Trefossa terug te vind…..
- VHP: ‘Waarborgsom volgens procedure betaald’..
- NDP wil digitalisering van de overheid..
- Miljardeninvesteringen en nieuwe boringen op komst in Surin…..
- Stephen Comvalius over de crisis in de Surinaamse gezondhei…..
- Waarborgsom VHP, ABOP en PVP op dezelfde manier betaald..