Strategische Groep oriënteert zich in Guyana op ontwikkeling oliesector

door

Van 8 tot 10 april heeft de Strategische Groep voor Olie en Gasbeleid een officieel oriëntatiebezoek aan Guyana gebracht. De groep wilde zich informeren omtrent de ervaringen van Guyana met de oliesector en op welke wijze men zich daarop voorbereid heeft. Een tiental leden van de groep hebben in dit officieel bezoek geparticipeerd en ze zijn overal met open armen ontvangen door de Guyanese gesprekspartners.Met de Minister van Huisvesting is naast huisvesting gesproken over de arbeidsmigratie en ruimtelijke ordening. Er is gesproken met deskundigen van het Ministerie van Onderwijs over de aanpak van het onderwijs en vaktrainingen voor de oliesector. De rol van de National Training Authority is daarbij van belang, terwijl er ook overeenkomsten met bedrijven worden gemaakt.

Er is een gesprek met STEM Guyana geweest, waarbij uitleg werd gegeven hoe jongeren gestimuleerd worden tot betere prestaties. Verder met het Centre for Local Business Development, dat heel belangrijk is geweest om het klein- en middenbedrijf klaar te maken voor participatie in de oliesector. De meeste initiatieven zijn door de oliemaatschappijen betaald.Op het Ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen werd een uitgebreid overzicht gegeven van de ontwikkelingen van de oliesector en inkomsten daaruit. Ook op welke wijze Guyanese bedrijven participeren. De wet voor Local Content werd als essentieel gezien evenals andere wetgeving en regelmatige controles (audits). In het gesprek met de Private Sector Commission (die alle bedrijfs- en beroepsverenigingen, plus de kamers van koophandel vertegenwoordigt) werd uitgebreid ingegaan op de wijze waarop het Guyanese bedrijfsleven participeert in de oliesector.

Met de Maritime autoriteiten werd gesproken over de regulering van de toenemende scheepvaart en offshore activiteiten. Het belang van een goed beleidsraamwerk, goed overleg met de sector en capaciteitsopbouw werd daarbij benadrukt. Met de Environmental Protection Agency is gesproken over milieuregulering en controle ter voorkoming van rampen.Het laatste gesprek was met majoor-generaal Joe Singh. Hij is voorzitter van het bestuur van de National Resource Fund, waar alle royalties en winsten uit de oliesector naar toe gaan. Hij gaf een uitgebreid overzicht van het fonds en hoe het werkt. Guyana krijgt 2% royalties uit alle geproduceerde olie, wat gestort wordt op een rekening in New York. Daarnaast gaat 75% van de olie naar Exxon als compensatie voor hun kosten.

Van de overige 25% krijgt Exxon de helft en de overheid de helft; ze krijgen dus olie die ze zelf moeten verkopen. De Centrale Bank voert de administratie van het fonds. Een deel van het fonds komt in de begroting van de overheid terecht en maakt 40% uit van die begroting. De begrotingsuitgaven worden gecontroleerd door het parlement.

Er zijn daarnaast twee onafhankelijke commissies t.w. een Investeringscommissie en een Public Accountability and Oversight commissie. In de eerste commissie zitten investeringsdeskundigen en in de tweede commissie zitten naast accountants vertegenwoordigers van de religieuze organisaties en Civil Society. Het fonds heeft jaarverslagen die op diverse websites te zien zijn.

..