Stembiljet maken voor 42 geregistreerde politieke partijen wordt uitdaging

door

Tekst en beeld Valerie Fris

PARAMARIBO — Er zijn op dit moment 42 geregistreerde politieke partijen en dat vormt een uitdaging om ze allemaal op het stembiljet voor de verkiezing van 25 mei te krijgen. Dat kwam naar voren tijdens de persconferentie van de regering donderdag in de Congreshal. “Enkele partijen gaan samenwerken, maar hoeveel dat er worden weten we nog niet”, zei onderminister Maurits Hassankhan van Binnenlandse Zaken. “Op 25 maart is de dag van de kandidaatstelling voor politieke partijen en dan pas zullen we weten hoe het definitieve stembiljet eruit moet gaan zien.”

Er zullen meer dan zeshonderd stembureaus zijn die zullen worden bemenst door 7.500 mensen. Ondanks de nieuwe Kieswet, waarbij er in feite geen aparte kiesdistricten worden ingesteld, zullen kiezers niet op elk willekeurig stembureau terecht kunnen. “Je moet stemmen in het district waar je woonachtig bent, zoals aangegeven bij het Centraal Bureau voor Burgerzaken (CBB)”, benadrukte Hassankhan.

“Het was niet de bedoeling om de samenleving te pijnigen, maar we moesten wel kiezen voor duurzame maatregelen”President Santokhi

In het binnenland zijn er uitdagingen, omdat bijvoorbeeld geboortes en woonadressen niet op tijd worden geregistreerd of doorgegeven bij het CBB. “Maar ik mag u verzekeren dat er dag en nacht wordt gewerkt om alles in orde te hebben vóór de verkiezingsdag. Er werken mensen in de organisatie die ervaring hebben met vier of vijf verkiezingen”, stelde de onderminister de samenleving gerust.

Politie

Minister Kenneth Amoksi van Justitie en Politie vertelde op de persconferentie dat tijdens de operatie ‘Kerstbrood’ tot en met 3 januari 73 verdachten zijn ingesloten voor zware misdrijven, zoals beroving en inbraak.

Op 30 december zijn er 150 voertuigen aan het politieapparaat toegevoegd. Deze zijn verdeeld over diverse posten, waaronder Munder, Nieuwe Haven, Rijsdijk, Santodorp, Henar, Livorno en binnenkort ook Apoera.

Binnenkort begint de bouw van het hoofdbureau van Politie op de kruising Johan Adolf Pengelstraat en Gemenelandsweg. In het eerste kwartaal komt een mensenrechtenmissie van de Verenigde Naties naar Suriname.

Gezondheidszorg

Hoewel Suriname al drie jaar malariavrij is “moeten we scherp blijven omdat onze westerburen nog steeds een hoog aantal malariagevallen hebben”, zei minister Amar Ramadhin van Volksgezondheid. Hij herhaalde een eerdere mededeling dat op basis van het ‘malaria vrij’ zijn, Suriname bij de Wereldgezondheidsorganisatie een speciaal certificaat voor die verdienste heeft aangevraagd. Mogelijk wordt dit in maart of april ontvangen.

President Chandrikapersad Santokhi uitte zijn ontevredenheid over de situatie bij het Staatsziekenfonds (SZF). “Mensen kunnen geen medicijnen halen met hun SZF-pas en dat moet worden opgelost. De minister van Volksgezondheid is er al mee bezig”, verklaarde de president.

Het staatshoofd sprak ook over het omlaag brengen van het aantal ambtenaren, het pilotproject voor afstandsonderwijs in het binnenland, invoering van het nieuwe Burgerlijk Wetboek op 1 mei, het instellen van een belastingautoriteit, investeringen in agrarische productie, financiële verzelfstandiging van de rechterlijke macht en het aanpakken van de natte en droge infrastructuur.

Maatregelen

Santokhi ging ook in op kritiek vanuit de samenleving. “Sommige besluiten die de regering in de afgelopen jaren heeft moeten nemen, worden niet goed begrepen. Wij moeten beter communiceren. Er zijn harde maatregelen getroffen, maar de regering had geen keus. Het was niet de bedoeling om de samenleving te pijnigen, maar we moesten wel kiezen voor duurzame maatregelen”, zei hij.

De president voegde toe dat de breedste schouders de zwaarste lasten moeten dragen. De regering beseft terdege dat de harde maatregelen doorwerken naar kwetsbare groepen. “Daarom is er alleen in 2024 meer dan SRD 5 miljard uitgegeven aan de minderdraagkrachtigen. Dagelijks worden dertienduizend leerlingen voorzien van brood; Food Baskets worden verder uitgebreid en de landelijke woningbouwprojecten gaan door. Het is niet genoeg, maar we gaan nog meer sociale pakketten voorbereiden.”