Stabiele houtproductie en groeiende export naar China kenmerken bosbouwjaar 2024

De bosbouwsector heeft in 2024 een lichte stijging laten zien in houtproductie en export, ondanks aanhoudende uitdagingen zoals ontoegankelijke concessiegebieden en beperkte capaciteit bij controle-instanties. De waarde van de export werd geschat op ruim US$ 34 miljoen. Dit blijkt uit de maandag gepubliceerde Bosbouwstatistieken 2024 van de Stichting Bosbeheer en Bostoezicht.De totale houtproductie bedroeg 490.779 m³, waarvan 57% bestond uit rondhout, 41% uit bezaagd hout en slechts 2% uit bewerkt hout. Vergeleken met 2023 is dit een stijging van 3%. In totaal waren 196 houtbedrijven actief, waarvan 66 geregistreerd als producenten/exporteurs. De export van houtproducten liet een stabiele lijn zien, met een totale uitvoer van 141.348 m³. Daarbij bleef China veruit de grootste afnemer met 71% van het totale exportvolume. Andere belangrijke markten waren India, Taiwan, de Verenigde Arabische Emiraten en België. Bij de export van rondhout voerde de soort Basralocus de lijst aan, gevolgd door Kopi en Wana. De export van bezaagd hout werd aangevoerd door Kopi, gevolgd door Gele Kabbes en Bruinhart. Interessant is dat bewerkt hout, hoewel slechts 2% van de productie, toch een nichemarkt blijft vertegenwoordigen met afzet in onder meer Nederland en Frankrijk.De cijfers bevestigen de noodzaak tot verdere ordening en digitalisering van processen, om illegale praktijken tegen te gaan en de sector internationaal concurrerend te houden. Volgens het rapport is ruim 91% van Surinames grondgebied bedekt met bossen, wat neerkomt op 14,9 miljoen hectare. Hiervan is ongeveer 6,2 miljoen hectare bestemd voor bosbouw, natuurbeheer en bosreservaten. Slechts 3% van het bosoppervlak wordt daadwerkelijk geëxploiteerd.Vooruitkijkend wijst het rapport op het belang van investeringen in wegeninfrastructuur, versterking van controlecapaciteit, stimulering van verwerking in eigen land en de promotie van gecertificeerd hout. Dit zou niet alleen bijdragen aan de verduurzaming van de sector, maar ook aan verhoogde werkgelegenheid en toegevoegde economische waarde.