Slechts 9 procent staatsbegroting voor Onderwijs

Ori voorziet nog enige tijd tekort aan leerkrachten
door Ivan Cairo

PARAMARIBO — Van de geraamde begroting van SRD 50,3 miljard voor het dienstjaar 2025 gaat slechts 9 procent naar het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (OWC). Vijfennegentig procent van het begrote bedrag wordt besteed aan salarissen. “Met 5 procent van onze begroting kan je geen programma’s uitvoeren”, zegt minister Henry Ori tegen de Ware Tijd. “Als internationale donoren niet insprongen, hadden we een nog groter probleem. Ook het betalen van boot- en bushouders slokt veel geld op. Elke maand moeten we SRD 300 miljoen ophoesten voor transport.”
Een ander enorm vraagstuk is het schrijnende tekort aan leerkrachten, met name vakleerkrachten. Dit dreigt volgens de bewindsman een structureel karakter te krijgen als interventies om het op te lossen uitblijven.

“Als internationale donoren niet insprongen, hadden we een nog groter probleem”

Het beroep van leerkracht, dat aan populariteit heeft ingeboet, moet weer aantrekkelijk worden gemaakt, meent Ori. Al geruime tijd verlaten ervaren leerkrachten het onderwijs om in andere sectoren te gaan werken of ze vertrekken naar het buitenland. Anderen nemen geen ontslag maar verlof buiten bezwaar om zich met andere dingen bezig te houden.
Somber
Ori schetste tijdens een persconferentie woensdagavond een somber beeld van het personeelstekort in het onderwijs. Wat de situatie nijpender maakt, is dat de aanwas van jonge, nieuwe onderwijzers stremt, omdat steeds minder mensen zich inschrijven op de pedagogische opleidingen. Voor het schooljaar 2024/25 hebben slechts 25 nieuwe leerlingen zich bij het Surinaams Pedagogisch Instituut aangemeld. Bij het Christelijke Pedagogisch Instituut zijn er zelfs geen nieuwe inschrijvingen. “De tekorten gaan we blijven houden”, aldus de minister.
Volgens hem trekt het onderwijs steeds minder mensen aan omdat het imago van het beroep is afgenomen. Maar ook de salariëring en secundaire voorzieningen zijn niet aantrekkelijk. Om het beroep weer aantrekkelijk te maken, zullen verschillende strategieën dienen te worden uitgezet. Allereerst zal er een campagne moeten komen om het beroep van leerkracht te promoten, zodat meer jongeren zich op de pedagogische opleidingen gaan inschrijven, waardoor er meer aanwas is van nieuwe leerkrachten.
Op een tweede spoor zullen personen met vakervaring via cursussen pedagogische vaardigheden kunnen worden bijgebracht, zodat ze ook als leerkracht kunnen worden ingezet. De bewindsman gaf aan dat onder meer bij Natuurkunde, Engels en Spaans er een tekort is aan leraren. Bij Spaans wordt dit opgevangen door Cubaanse ingezetenen met enige begeleiding in te zetten.
Oorzaken
De minister ging ook in op de problemen waarmee het onderwijs bij aanvang van elk nieuw schooljaar te maken heeft. Zo zijn er geen nieuwe scholen bijgekomen en blijft het plaatsen van een aantal leerlingen een probleem. Deels door demografische verschuivingen, verhuizingen die niet bij het Centraal Bureau voor Burgerzaken (CBB) worden gemeld, late inschrijvingen en gebrekkige informatie die sommige schoolleiders aan het ministerie doorgeven. Maar ook de voorkeur van sommige ouders om hun kinderen op bepaalde scholen te willen hebben, speelt een rol. Het zal volgens de bewindsman nog zeker twintig jaar duren voordat het zover is dat een nieuw schooljaar zonder oprispingen begint.
Ori stelde dat de problemen binnen het onderwijs complex zijn als gevolg van verschillende factoren en in bepaalde gevallen ook met meerdere ministeries te maken hebben. Deze zaken bemoeilijken de planning, maar ook het feit dat er naast openbare ook bijzondere scholen zijn die meestal vallen onder een stichting geeft een extra dimensie aan de situatie. Daarnaast heeft het onderwijs Binnenland eigen problemen. Ori verwacht dat de opstartperikelen van het op 1 oktober aangevangen schooljaar tegen het einde van de maand moeten zijn opgelost.