SDU ziet grote kansen onder vlag van OPTSU

door

De Sociaal Democratische Unie (SDU) heeft zich aangesloten bij de politieke beweging Optie voor Suriname (OPTSU). Volgens SDU-voorzitter Celsius Waterberg, ontstond deze samenwerking vanuit het streven om jonge en nieuwe partijen te bundelen voor deelname aan de verkiezingen van 2025. “OPTSU biedt partijen de mogelijkheid om samen te werken zonder hun eigen identiteit op te geven”, aldus Waterberg.
De samenwerking kwam mede tot stand na de invoering van de wetgeving door de vorige NDP-regering, die pre-electorale combinaties verbood. “In plaats van dat partijen volledig opgingen in elkaar, biedt OPTSU een platform waar partijen hun eigen structuur behouden, maar gezamenlijk naar buiten treden”, lichtte Waterberg toe. OPTSU bestaat thans uit: PALU, PVRS, Wi Sranan, De Nieuwe Wind en SDU.
Waterberg benadrukte dat de SDU haar eigen karakter blijft behouden, maar de deur openhoudt voor een mogelijk toekomstige fusie, afhankelijk van het succes van de samenwerking. “We willen dat alle goede ideeën samenkomen om politiek in Suriname weer geloofwaardig te maken”, aldus Waterberg.
De gezamenlijke speerpunten van OPTSU richten zich op een “radicaal andere benadering” van politiek, waarbij nationale belangen en duurzame ontwikkeling centraal staan. De natuurlijke hulpbronnen van Suriname moeten, volgens Waterberg, ingezet worden voor eigen economische groei en industrialisatie. “We willen terug naar een productiegerichte economie en investeren in sectoren als landbouw, industrie, onderwijs en gezondheidszorg.”
De SDU is optimistisch over de kansen in de komende verkiezingen. “In de politiek is één plus één niet twee, maar drie of vier”, zegt Waterberg. Volgens hem kunnen de partijen gezamenlijk meer zetels behalen dan individueel het geval zou zijn. “We hebben trekkers met ervaring en nieuwe energie. We zijn geen experiment, we weten wat het volk nodig heeft.”
Met nog enkele weken te gaan tot de verkiezingen is OPTSU van plan om zich krachtig te profileren als een nieuwe politieke optie voor de kiezer.
Waterberg vraagt zich ook af, waarom mensen uit gebieden als Assisdonopo genoodzaakt zijn bijna 2000 SRD op zak moeten hebben om Paramaribo te kunnen bezoeken. De kosten voor boot- en busvervoer, eten en een overnachting in de stad maken het voor hen erg moeilijk om zaken te regelen of onderwijs en gezondheidszorg te bereiken.
Volgens hem moet de overheid inzetten op een efficiënter vervoerssysteem, zoals een treinverbinding. “In andere landen kunnen mensen vanuit hun dorp in de trein stappen, onderweg eten en slapen, en dezelfde dag terugreizen. Waarom kan dat hier niet?”, zei hij. Een trein zou niet alleen volwassenen helpen, maar ook kinderen de kans geven dagelijks naar school te gaan en ‘s avonds weer thuis te zijn.
De problematiek raakt verder aan een diepere kwestie: erkenning van de grondrechten van bewoners in het binnenland. “Grondrechten zijn geen grappenmakerij. Mensen moeten niet zomaar van hun gebieden verdreven worden. Integendeel: bedrijven die actief zijn in deze regio’s, moeten samenwerken met de lokale bevolking en hen deel laten nemen aan de economische activiteiten, bijvoorbeeld via landbouw en visserij. Lokale bewoners moeten meeprofiteren van de winsten.”
Er wordt gepleit voor ontwikkelingsbanken of toegang tot reguliere banken voor inwoners van het binnenland, zodat zij kunnen investeren in hun eigen grond en productiecapaciteit. “De overheid moet zorgen voor mechanismen die burgers in staat stellen mee te bouwen aan de economie. Zo halen we iedereen uit de duisternis.”
Daarnaast werd ook aandacht gevraagd voor de toegankelijkheid van gezondheidszorg. Een algemene ziektekostenverzekering die nooit vervalt, zou volgens de pleitbezorgers prioriteit moeten krijgen. “Gezondheid mag niet afhangen van het kunnen afsluiten van dure leningen. Gezondheidszorg moet gratis en van hoge kwaliteit zijn, net als in veel andere landen.”
Ook onderwijs moet volgens het betoog volledig gratis zijn, vanaf de voorschoolse opvang tot en met de universiteit. “Kinderen uit de stad én het binnenland verdienen gelijkwaardig onderwijs. De beste leerkrachten moeten overal inzetbaar zijn. Digitale infrastructuur is daarbij essentieel om de onderwijskwaliteit in heel het land te verhogen.”
Aan het einde van het vraaggesprek benadrukte Waterberg dat de versterking van de nationale munt noodzakelijk is om armoede te bestrijden en salarissen echt waardevast te maken. “Met een sterkere munt wordt niet alleen het dagelijks leven betaalbaarder, maar kunnen we ook structureel investeren in onderwijs, gezondheidszorg en infrastructuur.”
Inzake internationale samenwerking werd gewezen op de goede relaties met Cuba. “Toen ik minister van Volksgezondheid was, hebben Cubaanse artsen Suriname enorm geholpen. Cuba en Suriname kunnen elkaar blijven ondersteunen op gebieden als gezondheidszorg, onderwijs en voedselproductie. Solidariteit tussen landen die streven naar onafhankelijkheid en zelfontwikkeling blijft belangrijk”, Waterberg.
Hij sprak ook over zijn ervaring met Cubaanse artsen, die hij kent sinds zijn studie in Cuba. Hij prees hun inzet, maar ging niet in op hun primaire en secundaire voorzieningen in ons land.
OPTSU hoopt met gezamenlijke kracht en ervaring het verschil te maken bij …