Santokhi’s kaartenhuis

HET WANKELE KAARTENHUIS dat president Chandrikapersad Santokhi in de afgelopen 4,5 jaar met horten en stoten in elkaar heeft gezet, lijkt met nog een paar maanden tot de verkiezingen te gaan, ineen te storten. De coalitie dreigt door toedoen van vicepresident Ronnie Brunswijk te bossen, de valutakoersen gaan weer ongecontroleerd de lucht in en de scholen in het binnenland hebben de deuren niet geopend waardoor kinderen al drie weken verstoken zijn van het broodnodige onderwijs.
Ondertussen is het een steeds grotere rommel met de uitbetalingen van onder meer de uitkeringen van het ministerie van Sociale Zaken. De situatie bij de SLM wordt steeds uitzichtlozer, waardoor daar inmiddels vele tientallen miljoenen US dollars over de balk zijn/worden gesmeten die veel beter aan echt belangrijke zaken besteed zouden kunnen worden, zoals de kwakkelende gezondheidszorg.

Voor een president van een land in crisis, heeft Santokhi gedurende zijn termijn wel ongezond vaak het vliegtuig naar het buitenland gepakt

De regering doet echter hardnekkig haar best om te vertellen dat zij de zaakjes onder controle heeft en dat dit ook aan haar ‘prudente’ beleid te danken is. Maar prudent of niet, daar heb je als burger geen enkele boodschap aan als je het gevoel hebt dat diezelfde regering je compleet in de steek laat. En iedere dag moet constateren dat veel noodzakelijke producten weer duurder zijn geworden.
De gewone burger voelt er nog niets van dat het land uit de crisis komt. En terwijl het vooral op zijn macro-economische succes gebouwde kaartenhuis gevaarlijk wankelt en de coalitie in elkaar dreigt te donderen door het gekibbel tussen de twee andere coalitiepartners, vond het staatshoofd het nodig om met zijn vrouw en minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking naar Aruba en Curaçao te gaan.
Dat was zoals altijd “heel belangrijk” en kon echt niet wachten. Alsof de toekomst van Suriname afhangt van intentieverklaringen die daar gesloten zijn. In ieder geval belangrijker dan het proberen te bewaren van de rust in eigen land.
Voor een president van een land in crisis, heeft Santokhi gedurende zijn termijn wel ongezond vaak het vliegtuig naar het buitenland gepakt. Of al die reizen wel echt nodig waren en of ze uiteindelijk wat hebben opgeleverd voor het land, daarover verschillen de meningen.
Vast staat dat in ieder geval wel dat de president ongevoelig is voor alle kritiek en halsstarrig de door hem ingeslagen weg blijft volgen, mede onder druk van het IMF. Hij richt zijn toekomst vooral op de aanstaande olie-inkomsten, waarvan het land op zijn vroegst in 2035 de eerste vruchten kan plukken. Of zijn kaartenhuis dan nog altijd overeind staat, is zeer twijfelachtig.