Religieuze organisaties vragen aandacht voor behoud historische panden

door

PARAMARIBO — Het Comité Christelijke Kerken en de Interreligieuze Raad in Suriname (IRIS) hebben dinsdag de aandacht van president Chandrikapersad Santokhi gevraagd voor artikel 10 van de Monumentenwet 2002. Dit artikel biedt de mogelijkheid dat de overheid bijdraagt aan het behoud van monumentale gebouwen, zeker wanneer ze op de Werelderfgoedlijst staan.
Ook is voorgesteld dat er op de begroting van 2025 een post komt voor het onderhoud van de panden. Ook omdat sinds de wet is afgekondigd er nooit geld hiervoor is vrijgemaakt. Tijdens het onderhoud op het Kabinet van de President is het belang benadrukt van het instellen van een beheersraad, zoals ook is voorzien in de wet.

“Santokhi heeft besloten op 14 januari aanstaande een presidentiële werkgroep in te stellen”

Deze raad zou prioriteiten moeten stellen voor het behoud van historische panden zodra er financiële middelen beschikbaar zijn. De vertegenwoordigers hebben graag zitting in deze raad. Een ander punt, dat werd besproken, is het verzoek om vrijstelling van btw (10 procent) bij de restauratie van historische gebouwen.
Ook werd er protest aangetekend tegen het feit dat de religieuze organisaties niet in aanmerking komen voor de leningen van de Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank die het Paramaribo Urban Rehabilitation Programma (Purp) financiert. Dit, terwijl deze organisaties de meeste historische gebouwen bezitten.
Verder werd gevraagd dat gebedshuizen in aanmerking komen voor een speciaal EBS-tarief. Zij hebben namelijk geen andere inkomsten dan wat de leden casu quo bezoekers geven en kunnen met deze inkomsten nauwelijks de enorme elektriciteitsrekeningen betalen.
Er werd ook stilgestaan bij de vraag of het voortzetten van Surinames status op de Unesco Werelderfgoedlijst zin heeft, aangezien dit heel wat regels met zich meebrengt. Volgens CCK-voorzitter bisschop Karel Choennie moet er worden nagegaan of dit wel bevorderend is voor de stad Paramaribo.
Santokhi heeft besloten op 14 januari aanstaande een presidentiële werkgroep in te stellen. Zij zal moeten nagaan wat in de reeds verouderde wet aangepast moet worden, en hoe er een constante stroom van inkomsten kan zijn voor het onderhoud van monumentale gebouwen.
Zelf heeft president Santokhi ook enkele mogelijkheden genoemd om de nodige inkomsten te genereren. De presidentiële werkgroep zal staatsbesluiten moeten helpen formuleren die de beheersraad mogelijk maken.
Naast bisschop Choennie waren ook de geestelijken dominee Runaldo Gallant (EBGS), pandit Atmanand Ramcharan, pater Esteban Kross (RK Bisdom), Jules Donk (Joodse gemeenschap), Arjun Gajadharsing (Sanatan Dharma Maha Sabha), Adiel Kallan (Madjlies Moeslimin Suriname) en IRIS-voorzitter Robbert Bipat (Surinaamse Islamitische Vereniging) aanwezig. Verder zaten ook minister Henry Ori van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur en onderminister Sieuwkoemar Ramsukul van Grondbeleid en Bosbeheer aan.