Regering krijgt groen licht voor negende volkstelling

De Wet Negende Algemene Volkstelling is gisteren met algemene stemmen (35 stemmen) goedgekeurd. Hiermee krijgt de regering toestemming van De Nationale Assemblée om de volkstelling te houden. De telling start op 14 oktober 2024 en zal duren tot 22 december 2024. Tijdens de eerdere behandeling van de wet hadden verschillende assembleeleden hun afkeuring uitgesproken over het feit dat de regering voorbereidingen treft en bekendmakingen doet over de volkstelling, terwijl de benodigde wet nog niet was goedgekeurd.
Minister Stanley Raghoebarsing van Financiën en Planning legde uit dat het niet zo is dat de regering het parlement negeert. Hij wees erop dat in de begroting voor 2024, die door het parlement is goedgekeurd, middelen waren opgenomen om de volkstelling dit jaar voor te bereiden. Vanwege het belang van de volkstelling heeft het parlement meegewerkt aan de goedkeuring van de wet. De minister noemde verschillende doelen van de wet en gaf aan dat de telling op het hele grondgebied van Suriname wordt uitgevoerd. Echter, Surinamers die zich op het moment van de telling in het buitenland bevinden, worden niet meegeteld.
Raghoebarsing benadrukte dat de geheimhouding goed is geregeld en dat geen enkele burger bang hoeft te zijn om persoonlijke informatie te verstrekken. “Iedereen die betrokken is bij de telling staat onder contract en heeft een eed van geheimhouding afgelegd. De Belastingdienst krijgt ook geen persoonlijke informatie over individuele inkomens”, zei de minister. Ook wordt de telling niet voor politieke doeleinden gebruikt.
Tijdens de behandeling ontstond er discussie over waarom Afro-Surinamers zijn verdeeld in drie categorieën (marron, creool en Afro-Surinamer). Diverse leden wilden weten waarom dit zo is en waarom niet één benaming voor de hele groep wordt gebruikt. Ook werd gevraagd om bij de Javanen die moslims zijn, onderscheid te maken tussen west-bidders en oost-bidders.
De minister gaf aan dat de uiteindelijke lijst is samengesteld in overleg met de gemeenschap. Hij merkte op dat in de pilotfase niemand had gekozen voor de optie ‘Afro-Surinamer’. “De wens is eenheid onder de Afro-Surinamers. Het is een politieke wens waarbij we onze mening kunnen hebben, maar dat is niet de basis voor de census. De basis is beleid en wetenschap. Het allerbelangrijkste is dat wanneer de vraag wordt gesteld, de respondent zelf moet aangeven wat hij is”, sprak de bewindsman. Ook bij religie bestaat de mogelijkheid voor respondenten om zelf aan te geven tot welke groep ze behoren, en elke specificatie die wordt doorgegeven, zal worden genoteerd.
Minister Raghoebarsing zei verder dat er weinig mogelijkheden zijn om het formulier aan te passen, maar dat de lijsten wel worden geëvalueerd en aangepast. Daarom zijn nu ook de LGBT+ gemeenschap en ICT-gebruik meegenomen in de telling. De telling wordt gefinancierd met een lening van de Inter-Amerikaanse ontwikkelingsbank (IDB) en zal US$ 7,9 miljoen kosten. Na de goedkeuring van de wet zal de regering, nadat de president de wet heeft afgekondigd, intensief campagne voeren om de samenleving te informeren over de telling.
Mahinder Jogi, voorzitter van de commissie van rapporteurs, zei dat de tijd dringt en dat de telling snel moet beginnen. Hij merkte op dat bij eerdere tellingen er geen gevallen waren waarbij zaken in twijfel werden getrokken. Wel komt het voor dat tellers laat worden betaald. Hij deed een beroep op de regering om ervoor te zorgen dat DNA na de telling geen brieven en klachten ontvangt van mensen die nog op hun geld wachten.