Rechterlijk vonnis: Staat moet homohuwelijk accepteren

door Wilfred Leeuwin

PARAMARIBO — De rechter heeft in een bodemprocedure de staat Suriname en daarmee het ministerie van Binnenlandse Zaken donderdag veroordeeld om binnen zeven dagen het huwelijk van twee ‘same-sex’ (homo) koppels te accepteren en in te schrijven in de registers van het Centraal Bureau voor Burgerzaken (CBB). De rechter vindt dat de wettelijke bepalingen waarop de staat zich beroept om de huwelijken niet in te schrijven, in strijd zijn met internationale verdragen waar Suriname partij bij is. De rechter heeft de staat ook opgedragen te werken aan het aanpassen van de Surinaamse wetgeving op dit punt.

Hoewel de staat in hoger beroep mag gaan tegen deze uitspraak, is het vonnis bij voorraad uitvoerbaar. Binnen zeven dagen moet er uitvoering aan worden gegeven. Voor elke dag na de zeven dagen dat de staat weigert de huwelijken in te schrijven, moet aan de koppels per dag een dwangsom van SRD 10.000 worden betaald. Dit kan oplopen tot een bedrag van maximaal SRD 1 miljoen.

“Het is aan te bevelen deze rechterlijke uitspraak ook mee te nemen in het nieuwe Burgerlijk Wetboek”Juan Pigot

De uitspraak van rechter Shanti Bikhari is historisch, omdat nog nooit eerder een vonnis in een rechtszaak over ‘same-sex’-huwelijken in het voordeel van koppels van hetzelfde geslacht is uitgesproken. Deze rechtszaak was aangespannen door de koppels F.E./S.S. en R.dP./M.B, wiens huwelijken in het buitenland zijn voltrokken. F.E. en S.S. waren na een relatie van bijna 35 jaar in 2018 naar Argentinië afgereisd om te trouwen. Zij waren donderdag in de rechtszaal aanwezig om het vonnis van de rechter aan te horen. Verrast en blij om de uitspraak vielen de koppels elkaar in de armen.

Lange weg

F.E. en S.S. hebben een lange weg afgelegd. Zij willen niet alleen dat de staat hun huwelijk accepteert en inschrijft in het bevolkingsregister, maar willen ook in aanmerking komen voor de rechten die een koppel van een vrouwelijk en mannelijk geslacht geniet. Het gaat bijvoorbeeld om erf- en pensioenrechten.

In 2023 heeft dit koppel zonder succes het Constitutioneel Hof gevraagd een toetsing te doen op artikel 80 van de Grondwet, op discriminatie. Het Constitutioneel Hof besliste toen in het nadeel van het koppel en stelde dat het huwelijk alleen bestemd is voor een man en een vrouw.

Mooie overwinning

Hoewel in 2023 het Constitutioneel Hof in het nadeel van het koppel besliste, gaf het toetsingsorgaan wel toe dat het artikel in de wet verouderd is en niet is meegegaan met de hedendaagse internationale ontwikkelingen. Het Costitutioneel Hof vond toen dat daarvoor eerst een maatschappelijke discussie moest komen. Dit laatste wekte bevreemding en verontwaardiging bij velen, omdat de discussie over ‘same-sex’-huwelijken niet nieuw is en het met name gaat om hun strijd voor mensenrechten.

Antropoloog en mensenrechtenactiviste Carla Bakboord merkte toen op dat wanneer het Constitutioneel Hof van mening is dat de nationale wetgeving verouderd is en achterloopt op de rechtsontwikkeling, het toen simpelweg een uitspraak had moeten doen in het voordeel van het koppel. Dit is nu dus wel gebeurd bij de rechter.

Juan Pigot, voormalig voorzitter van Parea, een stichting voor homomannen, sprak donderdag na afloop over “een mooie overwinning” voor de LGBTQI-gemeenschap. Het betekent dat de rechter in dit land heeft bepaald dat mensen van hetzelfde geslacht moeten kunnen trouwen en worden ingeschreven. De jaarlijkse Gay Pride zal volgens hem met deze uitspraak een extra tintje krijgen. Persrechter Ingrid Latjicharan, die na de zitting het vonnis toelichtte aan journalisten, noemde de rechtszaak “een bijzondere”.

‘Grote fout’ rechtzetten

Pigot zei donderdag dat de maatschappelijke discussie al is gevoerd in de periode toen Jennifer van Dijk-Silos minister was van Justitie en Politie. “Toen was al duidelijk wat we nu van de rechter hebben gehoord. Dat in feite de maatschappij al zover is, maar degenen die de wetten moeten maken, daartoe niet in staat zijn.” Hij verwijst naar de recente aanname van het nieuwe Burgerlijk Wetboek (BW), waarin de rechten van de LGBTQI niet zijn opgenomen.

Het nieuwe BW treedt op 1 mei in werking. “Het is aan te bevelen deze rechterlijke uitspraak ook mee te nemen in het nieuwe BW. Nu hebben we een uitspraak van de rechter, straks komen de verkiezingen eraan. We hopen dat politieke partijen die zich achter de LGBTQI-gemeenschap scharen deze uitspraak als een norm gaan zien. Het is goed dit nu onder de aandacht te brengen van de huidige DNA. Nu hebben ze de kans hun grote fout recht te zetten”, stelde Pigot.