Rechter legt Staat Suriname uitvoeringsverbod op voor ‘vreemd’ gegund infrastructureel project

door

door Wilfred Leeuwin

PARAMARIBO — Kortgedingrechter Rewita Chatterpal heeft, vanwege het spoedeisende karakter van de zaak, de Saat verboden om enige handeling te verrichten met betrekking tot een infrastructuurproject dat door het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) is gegund aan het bedrijf Shiwan Tushan Suriname.ADVERTISEMENT

Dit uitvoeringsverbod volgt op een verzoekschrift dat aannemingsbedrijf Baitali op 2 april heeft ingediend bij de rechtbank om een rechtszaak aan te spannen tegen de Staat. Uit het procesdossier blijkt dat het gaat om een omvangrijk asfalteringsproject dat reeds door het ministerie van Openbare Werken (OW) was gegund aan Baitali.

“Eigenlijk is de financiële schade voor de staat bij deze ondoorzichtige gunning door LVV groter dan bij het IDB-project aan de Van ’t Hogerhuysstraat en Slangenhoutstraat”Baitali-manager Farzie Kodabaks

Nu blijkt dat hetzelfde project alsnog is toegewezen aan Shiwan Tushan. De rechter heeft Baitali toegang tot de rechtsgang verleend en wil de zaak aan een grondig onderzoek onderwerpen.

In het dossier stelt Baitali dat het ministerie van Openbare Werken op 18 januari 2025 heeft meegedeeld dat de begroting het niet toelaat het toegekende werk aan Baitali uit te voeren. OW stelde voor om enkele van de reeds gegunde projecten over te hevelen naar zogeheten ‘prioriteitsprojecten’ die in 2025 op de planning staan.

Baitali werd vervolgens uitgenodigd om deel te nemen aan een openbare aanbesteding voor het rehabiliteren van wegen in Nickerie en Sipaliwini. Het bedrijf diende tijdig een inschrijving in, maar stelt in het dossier dat het tot op heden geen enkele reactie heeft ontvangen van het ministerie van OW.

Kort voor de inschrijving voor de openbare aanbesteding kreeg Baitali echter kennis van een bekendmaking, gedateerd 25 februari, afkomstig van LVV. Hieruit bleek dat hetzelfde project – Rehabilitatie van de wegstrekking Apoera–Southdrain in het district Nickerie – ook door LVV werd aanbesteed.

Op advies van OW probeerde Baitali op 6 maart het bestek van deze aanbesteding aan te schaffen, maar LVV weigerde het document te verstrekken. Farzie Kodabaks, general manager van Baitali, laat aan Starnieuws en de Ware Tijd weten zeer verbaasd te zijn over deze gang van zaken.

Zijn bedrijf kon daardoor niet meedoen aan de inschrijving bij LVV. Inmiddels is het project gegund aan het bedrijf Shiwan Tushan, voor een bedrag van 44 miljoen Amerikaanse dollar. “Dat is tien miljoen boven de realistische prijs. Het is bovendien gegund aan een ondeskundige aannemer. Je weet dus eigenlijk bij voorbaat dat die weg er nooit gaat komen,” stelt Kodabaks.

Het betreft inmiddels het tweede project waarbij Baitali naar eigen zeggen is geconfronteerd met ‘vreemde’ handelingen. Eerder ging het om het IDB-project voor infrastructurele werkzaamheden aan de Van ’t Hogerhuysstraat en de Slangenhoutstraat. Die kwestie, waar veel ophef over is ontstaan rond de gunning, is inmiddels onder de aandacht gebracht van de Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank (IDB).

Kodabaks toont zich verbaasd dat geen enkel gerenommeerd Surinaams bedrijf voorkomt op de lijst van inschrijvers voor het LVV-project. “Eigenlijk is de financiële schade voor de staat bij deze ondoorzichtige gunning door LVV groter dan bij het IDB-project aan de Van ’t Hogerhuysstraat en Slangenhoutstraat,” stelt de Baitali-manager.

De rechter heeft inmiddels drie zittingsdata vastgesteld: 17 april, 24 april en 2 mei. In de oproepingsbeschikking wordt nadrukkelijk vermeld dat de Staat geen gebruik mag maken van de mogelijkheid om uitstel aan te vragen.

In de oproepingsbeschikking van de rechter staat expliciet vermeld dat de Staat, zolang het vonnis in deze zaak niet is gewezen, verboden is om de door het ministerie van LVV opgestarte aanbestedingsprocedure voort te zetten, het werk te gunnen of een aannemingsovereenkomst aan te gaan met betrekking tot het desbetreffende project. Daarnaast wordt de staat geboden om elke uitvoering van een reeds gesloten aannemingsovereenkomst met betrekking tot dit werk per direct te staken.