RAMDINS REPUTATIE TE GRABBEL?

door

Op 30 mei 2025 vierde Suriname met trots de benoeming van Albert Ramdin tot secretaris-generaal van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS). Zijn aantreden werd door velen gezien als nationale erkenning en een kans om democratie, transparantie en goed bestuur in het inter-Amerikaanse systeem te versterken. Nauwelijks twee maanden later wordt dat optimisme overschaduwd door scherpe beschuldigingen van wanbeheer, nepotisme en prioriteitsvervaging, zoals gepubliceerd door Centranews.
Volgens deze onthullingen, zou de OAS ten gunste van Ramdin, tienduizenden dollars hebben besteed aan luxe reisuitgaven, waaronder limousinevervoer in Europa, voor bezoeken waarvan de meerwaarde voor de OAS twijfelachtig zou zijn. In Antigua en Barbuda verbleef hij apart van zijn plaatsvervangers en kort na zijn aantreden, gaf hij opdracht tot een volledige renovatie van de achtste verdieping van Gebouw F, waar hij zich afsloot van het secretariaat. Ook de benoeming van Xaviera Jessurun tot stafchef, zonder diplomatieke achtergrond, maar met banden met het Surinaamse ministerie van Buitenlandse Zaken, wordt bekritiseerd.
Haar jaarsalaris zou het officiële salaris van de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken overstijgen. Daarnaast zou Ramdin, volgens critici, hebben nagelaten, middelen vrij te maken voor de modernisering van het verouderde communicatiesysteem van de OAS, en pleiten voor de benoeming van Chet Donovan Neymour, die onderwerp is van een corruptieonderzoek.
De OAS reageerde fel en noemt de beschuldigingen “vals en misleidend”. Volgens de organisatie zijn de aantijgingen gebaseerd op onjuiste, uit hun context gehaalde informatie. Er bestaan interne controlemechanismen, zoals de ombudsman en de inspecteur-generaal om de integriteit te bewaken.
De reizen van Ramdin naar internationale bijeenkomsten, zouden deel uitmaken van diplomatieke verplichtingen en zijn volgens vastgestelde regels gebudgetteerd. Geruchten over limousinehuur van 25.000 dollar en buitensporige hotelkosten worden ontkend.
Ook bevindt het communicatiesysteemproject zich volgens de OAS nog in de consultatiefase, waarbij lidstaten eerst goedkeuring moeten geven. Renovaties en tijdelijke huisvesting zouden plaatsvinden zonder extra luxe of onnodige kosten.
De OAS wijst erop dat het nieuwe leiderschap grote uitdagingen aanpakt, waaronder de crisis in Haïti, interne herstructurering en de voorbereiding van de begroting. Alle beslissingen zouden zijn genomen in lijn met het OAS-handvest en met instemming van lidstaten. Ramdin zelf betreurt het dat er desinformatie wordt verspreid om de organisatie te schaden en benadrukt de inzet voor transparantie en integriteit.
Toch blijft de kernvraag overeind: Hoe geloofwaardig is een organisatie die toezicht moet houden op goed bestuur en mensenrechten, wanneer haar eigen hoogste functionaris wordt beticht van nepotisme en machtsmisbruik? Als deze beschuldigingen gegrond blijken, staan niet alleen Ramdins leiderschap, maar ook het moreel gezag van de OAS op het spel.
In een tijd van groeiende autoritaire tendensen, desinformatie en regionale instabiliteit kan het westelijk halfrond zich geen falende hoeder van democratie veroorloven. Transparant en principieel leiderschap is geen luxe, maar een noodzaak. Als dat niet van binnenuit komt, moeten de lidstaten ingrijpen.
The post RAMDINS REPUTATIE TE GRABBEL? ..