Raghoebarsing blij met krimp van ambtenarenapparaat

Minister Stanley Raghoebarsing van Financiën en Planning is tevreden dat het voor het eerst in de geschiedenis van Suriname is gelukt om het ambtenarenapparaat te verkleinen. Hoewel het nog niet de gewenste situatie is, heeft de overheid hierop aanzienlijk bespaard. Het aantal landsdienaren is teruggebracht van 53.000 naar 46.000.
Volgens de cijfers van de bewindsman betekent dit dat de gemiddelde loonsom is gestegen. Met andere woorden: de werknemers verdienen nu meer. De uitgaven voor lonen in 2024 zijn gedaald van SRD 11,3 miljard naar circa SRD 7 miljard. De minister merkt echter op dat dit bedrag kan toenemen door bijkomende componenten, zoals afspraken met de vakbonden en de suppletoire begroting.
Tijdens een persconferentie van de Regeringsraad zei de bewindsman dat Suriname complimenten heeft ontvangen uit de regio en zelfs uit Frankrijk. De Fransen erkennen dat zij zelf niet hebben kunnen realiseren wat Suriname is gelukt.
Raghoebarsing benadrukte dat hij dit succes met de samenleving wil delen, omdat het een gezamenlijke inspanning is. Ook het leiderschap in het land heeft volgens hem een belangrijke rol gespeeld.
Verder ontkent de minister dat de overheid in december een bonus van 5 procent heeft uitgekeerd aan de landsdienaren. Lachend verklaarde hij dat het gaat om het resterende bedrag van 5 procent, zoals overeengekomen met de bonden. Dit wordt eind januari uitbetaald als onderdeel van de 20 procent loonsverhoging.
De minister stelt dat de vooruitzichten voor de economie zeer goed zijn. Via een PowerPointpresentatie liet hij zien dat de economie, hoewel fragiel, op het juiste spoor zit. Daarom heeft het Internationaal Monetair Fonds (IMF) opnieuw een bedrag goedgekeurd, bestemd voor onder andere begrotingssteun en schuldaflossing.
Ten aanzien van de btw gaf Raghoebarsing aan dat het streefbedrag van SRD 5,5 miljard voor 2024 zal worden gehaald. Complimenten gaan volgens de bewindsman uit naar de belastingdienst, ondernemers (waarvan ruim 5000 bedrijven deelnemen), en burgers die hun inkopen hebben gedaan. In tegenstelling tot de omzetbelasting genereert de overheid hier veel meer inkomsten uit, aldus de minister.