PRO-ondervoorzitter hekelt houding VHP na verkiezingsnederlaag

PARAMARIBO – Joan Meriam Nibte, ondervoorzitter van de Partij voor Recht en Ontwikkeling (PRO) en voormalig kandidaat voor De Nationale Assemblée (DNA), uit felle kritiek op de houding van de VHP in de nasleep van de verkiezingen. Nibte verbaast zich over het feit dat de VHP zich in een persbericht publiekelijk beklaagt over het uitblijven van een uitnodiging van de NDP tot dialoog, terwijl de partij zelf volgens Nibte in gebreke blijft.

“Het bevreemdt mij als politica ten zeerste dat de VHP zich publiekelijk beklaagt over het uitblijven van een uitnodiging van de NDP voor dialoog,” aldus Nibte. “In plaats daarvan zou het de VHP – en in het bijzonder de president als politiek leider – sieren om in de eerste plaats een krachtige, correcte en volwassen felicitatieboodschap te richten aan de NDP voor haar duidelijke verkiezingsoverwinning.”

Nibte stelt dat in een volwassen democratie het erkennen van de wil van het volk het fundament moet vormen van elk politiek handelen. Ze hekelt de passieve opstelling van de VHP en roept de partij op verantwoordelijkheid te nemen zolang zij het landsbestuur nog draagt. “Niet wachten, maar handelen met staatsmanschap. Niet wijzen, maar verantwoordelijkheid nemen,” zegt ze.

‘Leiderschap begint met respect tonen voor de stem van het volk.’ – Joan Nibte

Volgens Nibte getuigt het van zwak leiderschap om zich op de borst te kloppen over respect en politieke normen, terwijl men zelf nalaat het voorbeeld te geven. “In plaats van de samenleving gerust te stellen met een boodschap van eenheid en erkenning van de verkiezingsuitslag, kiest men voor slachtofferschap.”

Ze waarschuwt voor het risico dat politieke spelletjes de democratische transitie kunnen ondermijnen. “De samenleving verdient beter dan politieke spelletjes. Ze verdient leiders die hun verantwoordelijkheid nemen — ook in nederlaag — en het pad effenen voor een ordentelijke democratische overdracht.” Nibte: “Leiderschap begint met respect tonen voor de stem van het volk.”