President Simons voert bilaterale gesprekken met buurlanden

door

Tijdens haar eerste persconferentie na haar inauguratie sprak president Jennifer Geerlings-Simons uitgebreid over de bilaterale gesprekken die zij voerde met de buurlanden Guyana, Brazilië en Venezuela. De president onderstreepte het belang van samenwerking in de regio, niet alleen voor vrede, maar ook voor concrete sociale en economische ontwikkeling.
Samenwerking met GuyanaMet buurland Guyana is afgesproken om de bestaande samenwerking verder te verdiepen en in vrede met elkaar te blijven opereren. “We ontkennen niet dat er ook kwesties zijn die tussen ons spelen,” zei de president. “Maar we erkennen dat we die gezamenlijk moeten oplossen. Als landen in dezelfde regio moeten we samenwerken om méér te realiseren voor onze volkeren.”
Tijdens de gesprekken kwam ook het brugproject ter sprake. “Er is aangegeven dat dit idee reeds tijdens de regering-Bouterse is opgestart. Dat moet erkend worden. De discussie ging niet over de vraag of we voor of tegen zijn, maar over hoe het project is uitgevoerd en hoe we nu verder kunnen.”
Banden met BraziliëOver de relatie met Brazilië sprak Geerlings-Simons met vertrouwen. “We hebben altijd een goede relatie gehad met Brazilië. De huidige regering daar zet sterk in op de combinatie van economische én sociale ontwikkeling. Dat sluit goed aan bij onze eigen visie.”
De president benadrukte dat economische groei hand in hand moet gaan met sociale rechtvaardigheid. “Onze kinderen moeten kunnen eten. Maar ik zeg ook: laten we eten van eigen bodem. Onze agrariërs moeten daarin kunnen meedoen.” Ze verwees naar een Braziliaans programma waarbij boeren direct bijdragen aan de schoolvoeding van kinderen, een model dat volgens haar ook relevant kan zijn voor Suriname.
Daarnaast kwam het Braziliaanse programma Bolsa Família ter sprake, dat arme gezinnen ondersteunt zodat kinderen naar school kunnen gaan. “Het doet denken aan ons eigen streven om mensen van armoede naar welzijn te begeleiden via productie. Bij ons ligt de nadruk op het trainen van mensen, zodat zij kunnen produceren of een vak leren en zo economisch zelfstandig worden.”
De president gaf aan open te staan voor samenwerking op dit vlak en ook universiteiten nauwer met elkaar te willen laten samenwerken. “Het is goed om te kijken wat anderen doen en te leren van succesvolle voorbeelden.”
Venezuela en vredesbevorderingIn het gesprek met Venezuela werd teruggeblikt op de historische samenwerking. “Toen we nog geen olie op zee hadden, heeft Venezuela ons sterk geholpen. Die samenwerking erkennen we, en de vriendschap blijft bestaan.”
Met bezorgdheid sprak de president over de spanningen tussen Venezuela en Guyana. “We maken ons zorgen over de vrede tussen beide landen. Suriname heeft altijd geprobeerd te helpen om vrede te bevorderen, en we blijven voorstander van dialoog en stabiliteit in Zuid-Amerika.”
Tot slot bedankte president Geerlings-Simons Venezuela voor de steun in het verleden via het PetroCaribe-programma, dat Suriname in moeilijke tijden heeft geholpen. “We vragen andere landen ook om landen in conflict de kans te geven om zelf naar vrede te zoeken. Want vrede is en blijft het hoogste goed.”
De president benadrukte dat Suriname een klein land is met veel vrienden. “Maar we moeten wel realistisch blijven en ons bewust zijn van de dynamiek in onze regio. Daarom is het belangrijk dat we samenwerken, kennis delen en solidair zijn.”