Patricia, Uma

GANGA / Sharda Ganga

Zo goed kende ik haar ook weer niet. Ja, ik kende haar, zij kende mij, we zagen elkaar denk ik, als gewaardeerde collega’s. Geïnteresseerd in dezelfde dingen. Rechtvaardigheid, buurten, goed bestuur, veiligheid voor vrouwen en kinderen, Suriname. We appten vooral. Even checken, alles goed met je? Gaat die wet nog behandeld worden morgen? Weet je dat dit speelt in het land? De laatste tijd waren de apps vooral: let je op jezelf?

Zo goed kende ik haar dus ook weer niet dat het begrijpelijk was dat ik de hele dag verslagen rondliep toen ik hoorde van het heengaan van Patricia Etnel. Het heeft me echt ‘geslagen’, zei ik aan familie en collega’s.

“Maar het was pas toen we haar uitnodigden als inleider voor een paneldiscussie over decentralisatie dat ik haar echt leerde waarderen”

Misschien is het de pijn van potentie die niet de kans kreeg tot volle bloei te komen. Van ambitie die is gekortwiekt. Maar ook van schuldgevoel, omdat ik haar te laat heb ‘ontdekt’. Want ik zal eerlijk zijn: ook ik heb haar lang onderschat. Ik liet me iets teveel leiden door de clips die het nieuws haalden. Ik zag wel dat er meer was dan de soms buitensporige reacties, dat de inhoudelijke argumenten klopten, dat daar kennis van wetgeving werd gespuid. Maar het was pas toen we haar uitnodigden als inleider voor een paneldiscussie over decentralisatie dat ik haar echt leerde waarderen.

Niet alleen omdat ze een goed opgebouwd bestuurskundig, analytisch en historisch correct verhaal vertelde, maar ook omdat ze mijn kritiek verwelkomde bij de voorbereidingen. Je bent te technisch, je bent te ingewikkeld, dit is teveel detail, dit is niet logisch. Mensen die met me werken weten dat ik genadeloos kan zijn. Patricia pakte de kritiek op, en ging ermee aan de slag. Ze nam overigens niet alles over, en ik leerde al gauw om mijn verlies te nemen. Met die open houding, die leergierigheid, naast de inhoudelijke kennis, had ze mijn respect meteen gewonnen, en dat is ze nooit meer kwijtgeraakt, integendeel.

Sindsdien hebben we vaker samen gewerkt in wetgevings- en beleidstrajecten. Haar professionaliteit stond buiten kijf. Ze was altijd bereikbaar. Als plannen veranderden, legde ze je uit waarom dat zo moest en helaas niet anders kon. Haar kennis van wetten was waanzinnig. Je geeft mensen een minderwaardigheidcomplex, zei ik haar ooit, toen ze weer eens losbarstte in een zin die begon met ‘In wet xyz van 1972 staat in artikel 24, lid 5B dat …’  Nodigde je haar uit voor een bijeenkomst, dan was ze er.

Ze wilde buurtwerk een veel centralere rol laten hebben, ze wilde geweld bevechten, kinderen een veilige plek geven, sociaal beleid met handen en voeten en niet van achter een bureau. Ze wilde werken aan een dissertatie over decentralisatie, geïnspireerd door die ene paneldiscussie. Ze wilde haar kinderen zien opgroeien, ze wilde voor haar moeder zorgen. Ze wilde zoveel voor anderen, en voor dit land.

De laatste jaren heb ik veel mensen verteld over mijn ervaringen met Patricia. Onderschat haar niet, zei ik steeds. Haar vurige optreden in De Nationale Assemblee is misschien niet ieder’s smaak, maar ik vermoed dat het deel is geweest van haar strategie. En laten we leren om verder te kijken dan de verpakking, dan zie je daar een echte volksvertegenwoordiger, een dochter van dit land. Mijn afscheid van Patricia is via de woorden van Johanna Elsenhout. Patricia is dan wel heengegaan, maar ze was standvastig tot het eind. Zo wil ik de laatste zin interpreteren van het gedicht Uma.

Noti no hei soLek’ a stenD’ e bariIn’ dyugudyugu f’ a dei

A sten moiA kraktiA n’ abi farsiWins’ tranga wintiE seiri èn kon

Uma i hei                Y’ e brenkiI n’ e kantiA mindri streiF’ aladei

gangadwt@gmail.com