Parmessar wil behandeling documenten FID in DNA

Diverse fractieleiders in De Nationale Assemblee hebben donderdag het belang van het finale investeringsbeleid (FID) voor de ontwikkeling van Suriname benadrukt. Assembleeleden kregen niet het woord om zich te uiten over deze kwestie. Er werd gevraagd om transparantie over het FID dat is getekend buiten het zicht van De Nationale Assemblee dinsdag. De fractieleiders Rabin Parmessar (NDP), Gregory Rusland (NPS) en Ronny Asabina (BEP) onderstrepen het historische moment maar willen transparantie. Zaken moeten goed worden gemonitord om te voorkomen dat het fout gaat, zoals elders in de wereld.

“Ik wil met klem benadrukken dat de noodzakelijke transparantie en parlementaire betrokkenheid bij deze ontwikkelingen niet ter discussie mogen staan. Het is essentieel dat alle overeenkomsten die worden gesloten met betrekking tot onze natuurlijke hulpbronnen, volledig en zorgvuldig worden behandeld in De Nationale Assemblee. Dit parlement is de stem van het volk, en het volk heeft recht op volledige openheid en inzicht in de besluiten die hun toekomst zullen bepalen”, voerde Parmessar aan.

Met het FID zal tegen 2028 Suriname in staat zijn om vóór de kust olie te produceren. “Dit moment markeert een nieuw hoofdstuk in onze geschiedenis, een mijlpaal waarvoor we bijna vier decennia hebben gewerkt, vanaf dat beslissende moment op 13 december 1980. We staan nu aan het begin van een nieuw tijdperk. Deze ontwikkeling biedt niet alleen enorme economische kansen, maar kan ook als fundament dienen voor de verdere ontwikkeling van ons land, zei Parmessar.
Zoals verankerd in artikel 41 van de grondwet, zijn de natuurlijke hulpbronnen een sleutel tot de duurzame ontwikkeling van het land. “Het is onze verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat deze rijkdommen worden ingezet op een wijze die ten goede komt aan elke burger van Suriname, zowel in het heden als in de toekomst. Dit mag echter niet lichtvaardig worden aangepakt.  In de geschiedenis van onze natie hebben wij bij eerdere cruciale momenten dit proces gevolgd. Of het nu ging om de Brokopondo-overeenkomst of de verschillende goudovereenkomsten, elke belangrijke overeenkomst werd eerst in dit Huis besproken en beoordeeld. Ik vraag, nee, ik eis, dat dezelfde norm wordt gehanteerd voor de overeenkomsten die gesloten zijn met Total Energies en andere partners in dit olieproject.” “Tot mijn spijt moet ik mijn diepe teleurstelling en onvrede uitspreken over het feit dat wij, als volksvertegenwoordigers, tot op heden niet in het bezit zijn van de relevante documenten en overeenkomsten met betrekking tot dit project. Dit is onacceptabel. Dit parlement moet zijn constitutionele rol vervullen als toezichthouder en controleur van de uitvoerende macht. Wij kunnen dat niet doen zonder volledige toegang tot de informatie die nodig is om weloverwogen besluiten te nemen. Ik roep de regering op om onmiddellijk actie te ondernemen en de relevante documenten met betrekking tot de overeenkomsten met Total Energies naar DNA te sturen. De behandeling van deze stukken moet transparant zijn, zodat elke burger kan zien hoe de rijkdommen van ons land worden beheerd en hoe dit hun leven zal beïnvloeden”, voert Parmessar aan.