Ori op kritiek onderwijs binnenland: Ik heb geen toverstok

door

Tijdens de behandeling van de aanvullende begroting hebben verschillende Assembleeleden – oppositie én coalitie – indringende vragen gesteld over het onderwijs in het binnenland. Een deel van de scholen in Sipaliwini is pas deze maand geopend, terwijl er nog steeds leerlingen zijn die nog geen onderwijs krijgen. De Assembleeleden vinden dat minister Henry Ori van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur niet alleen moet uitleggen wat de problemen zijn, maar hij dient oplossingen aan te dragen. Ori voerde aan dat het ministerie enorm veel doet om zaken aan te pakken. Volgens hem is slechts 5% van de scholen nog niet opgestart.

Miguella Huur en Edgar Sampie van de ABOP fractie staken hun kritiek over de situatie van onderwijs binnenland niet onder stoelen of banken. Ronny Asabina, fractieleider van de BEP, en Melvin Bouva (NDP) voerden aan dat het een discriminatie is dat een deel van de kinderen in het binnenland geen onderwijs krijgt. “Laat onze kinderen naar school gaan”, betoogde Bouva. Hij wil net als Huur oplossingen voor de problemen. Hij moet aangeven wat er nodig is opdat de kinderen onderwijs kunnen volgen.

In het binnenland is er sprake van overvolle klassen en te weinig leerkrachten. Niet alle kinderen gaan naar school, terwijl er leerplicht is, voerde Huur aan. De gebouwen, het meubilair, de boeken en leermiddelen laten te wensen over. Zij wil concrete actie zien van de minister. Asabina ondersteunde haar en wilde dat president Chan Santokhi naar het parlement kwam om aan te geven hoe de problemen in het onderwijs opgelost zullen worden. Behalve in het binnenland zijn er in sommige buurten zoals Latour en Sunny Point waar kinderen om de ene dag naar school gaan.

Sampie stelde dat elk jaar over dezelfde problemen worden gesproken als het om onderwijs binnenland gaat. Het wordt tijd dat er een structurele aanpak komt. Ori voerde aan dat als hij zou vragen hoeveel zusters of familieleden van Assembleeleden les zouden willen geven in het binnenland hij de vingers dan wil zien. Het gaat om complexe problemen waar verschillende instanties hun deel moeten doen. In Palumeu kon de school niet opgestart worden omdat de leerkrachten gelijk met het vliegtuig waarmee ze daarnaar toe vervoerd werden, zijn teruggekeerd. Er was geen water in het dorp. Het transport is ook een probleem door de lage waterstand in de rivieren. Er wordt volgens Ori veel gedaan om het onderwijs in het binnenland te verbeteren. Er is wat meer geduld nodig om zaken die decennialang spelen op te lossen. “Ik ga mijn verantwoordelijkheid niet uit de weg”, zei de minister.