Onwettige herbenoeming CBvS-governor Roemer op de valreep gecorrigeerd

Governor van de CBvS, Maurice Roemer

De herbenoeming van Maurice Roemer als governor van de Centrale Bank van Suriname (CBvS), voor een periode van één jaar, is op 11 juli op de valreep gecorrigeerd door de regering-Santokhi, die vandaag het veld ruimt. Deze correctie komt ondanks het feit dat bij de eerdere herbenoeming al bekend was dat deze in strijd was met de artikelen 28 en 29 van de Bankwet. De wet schrijft voor dat slechts één keer herbenoemd kan worden, en dan voor een vaste termijn. In de nieuwe Bankwet van 2022 is die termijn verlengd van vijf naar zeven jaar.Aftredend president Chan Santokhi verklaarde destijds dat de herbenoeming van Roemer voor slechts één jaar, bedoeld was om de stabiliteit binnen het financieel-economisch beleid te waarborgen en de continuïteit in het leiderschap van de CBvS te behouden. De verlenging van Roemers termijn volgde toen op een spoedvergadering van de regeringsraad onder leiding van Santokhi.Enkele dagen terug, op 11 juli heeft de regering de herbenoeming alsnog gecorrigeerd. De eerdere aanstelling voor één jaar, die juridisch onhoudbaar was, is nu aangepast in overeenstemming met de Bankwet: Roemer is herbenoemd voor een termijn van zeven jaar, dus tot 2032. Deze kwestie is tijdens de transitieperiode besproken tussen een team onder leiding van Santokhi en aankomende president Jennifer Geerlings-Simons. Afgesproken is dat Santokhi de correctie moest plegen. De herbenoeming in februari 2025 voor slechts één jaar, en de daaropvolgende correctie, staan niet op zichzelf. Zonder deze aanpassing zou de oorspronkelijke benoeming als onwettig worden beschouwd, wat zou betekenen dat alle handelingen van Roemer tussen februari 2025 en februari 2026 juridisch ongeldig zouden zijn. Dat zou ernstige juridische complicaties met zich meebrengen.Politieke calculaties over de uitslag van de recente verkiezingen, zijn mogelijk medebepalend geweest voor de onwettige herbenoeming, blijkt uit bronnen van Go Suriname. Het was algemeen bekend dat Roemer persoonlijk niet voor een tweede volledige termijn zou aanblijven, mede omdat hij in 2020 net vóór de verkiezingen was aangesteld door de regering-Bouterse. Door de herbenoeming in februari kon Roemer nog één jaar blijven, waarna de politiek in 2026 een nieuwe governor zou kunnen benoemen. Alle veiligheidskleppen hebben gefaald bij de herbenoeming van 1 jaar, waarbij er in februari niet aan de bel is getrokken over de strijdigheid met de Bankwet. Na de verkiezingsuitslag van 25 mei 2025, die voor de regering-Santokhi anders uitpakte dan was verwacht, moest de onwettige herbenoeming van Roemer worden gecorrigeerd. De governor is nu, zoals wettelijk vereist, voor een periode van zeven jaar herbenoemd. Deze termijn is opgenomen in de nieuwe Bankwet om te voorkomen dat de zittingstermijn van een governor samenvalt met de vijfjarige politiek bestuurlijke periode van een regering. Tijdens de onderhandelingen is afgesproken dat NPS een kandidaat voor de invulling van de functie van governor mocht voordragen. Nu wordt er nagegaan hoe Roemer eventueel kan worden uitgekocht.