Onderzoek toont aan: Initiatieven mediabedrijven minimaal om te schrijven over LGBTQ-gemeenschap

door

Tekst en beeld Valerie Fris

PARAMARIBO — Uit een inventariserend onderzoek naar de representatie van de LGBTQ-gemeenschap in de Surinaamse media is gebleken dat slechts 12,5 procent van de artikelen die zijn gebruikt voor het onderzoek op eigen initiatief was van het medium. Deze onderzoeksresultaten zijn vrijdag gepresenteerd in het Oxygen Resort.

Het onderzoek is gedaan door Sasha Chikhoer en Faranaaz Pahalwankhan binnen het Stand with Us-programma met ondersteuning van de Europese Unie en de stichtingen Projekta en Parea. Bij het onderzoek is er gelet op de context, relevantie, juiste bronnen en feiten, taalgebruik en het aanbieden van ondersteuning aan het publiek.

“Misschien dat wij ook de Surinaamse Vereniging van Journalisten zouden kunnen benaderen om meer bewustwording te brengen”Sharda Ganga

Sensatie

De onderzoekers benadrukken dat het onderzoek slechts inventariserend is geweest en niet uitputtend qua omvang en analyse. Zo zijn er van acht online nieuwssites totaal veertig artikelen geanalyseerd, waarvan de top vijf gaat om de mediabedrijven Waterkant.sr (25 procent), de Ware Tijd Online (22,5 procent), Dagblad Suriname (17,5 procent), Starnieuws (12,5 procent) en Suriname Herald (10 procent). Het gaat om artikelen die zijn gepubliceerd tussen 2011 en 2024.

Gebleken is dat van zes tot elf van de veertig artikelen het taalgebruik dat werd gebezigd beledigingen, vooroordelen en disrespect bevatte. Een voorbeeld daarvan is dat naar voren kwam dat homoseksualiteit als een ziekte of beperking werd gezien. “Het ging daarbij ook om ‘sensationele’ headlines”, vond Chikhoer. Ze noemde als voorbeelden: ‘Homorechten zijn geen mensenrechten’ of ‘De rechterlijke macht vragen om de officiële erkenning van transgenders niet te doen plaatsvinden’. Verder kwamen langs: ‘Drie travestieten beroven oude man in de Oude Hofstraat’ of ‘Jongeman voelt zich beetgenomen door homoseksuele man en slaat hem met hooivork’.

Richtlijnen media

De onderzoekers zijn van mening dat er zou moeten worden gewerkt met de internationale richtlijnen op dit gebied. “Er zijn richtlijnen ontwikkeld voor journalisten en mediawerkers van organisaties uit het Caribisch Gebied, Europa en Australië voor rapportages over LGBTQ-kwesties”, gaf Pahalwankhan aan.

Zo schrijven de internationale richtlijnen bijvoorbeeld voor, dat de seksuele oriëntatie van een persoon niet nodig is te vermelden als het niet relevant is voor het artikel. “Uit politie artikelen of artikelen over een strafbaar feit viel het op dat de berichtgeving een vooroordeel stelt dat mensen uit de LGBTQ-gemeenschap in verband kunnen worden gebracht met strafbare feiten en een sensationele tint aan de headline of het artikel geven”, stellen de onderzoekers.

Volgens hen ging het in bepaalde gevallen om politieberichten die waren overgenomen van de publiciteitsdienst van het Korps Politie Suriname, maar dat bleek niet in alle gevallen zo te zijn. Pahalwankhan en Chikoer vinden het daarom noodzakelijk dat de bewustwording onder mediawerkers wordt vergroot over het gebruik van terminologieën en waar rekening mee moet worden gehouden bij verslaglegging.

Het is ook wenselijk om een vaste regel te hanteren die aan het einde van elk artikel dat gaat over LGBTQ-kwesties te plaatsen: ‘Indien u zich getroffen voelt door informatie die is gedeeld kunt u contact maken met…’ “Misschien dat wij in dit kader ook de Surinaamse Vereniging van Journalisten zouden kunnen benaderen om meer bewustwording te brengen”, vulde Sharda Ganga, directeur van stichting Projekta aan.