Onderwijs binnenland en verkiezingen hoog op agenda van vp Brunswijk

door

Vicepresident (vp) Ronnie Brunswijk zei in een interview, voorafgaand aan de vergadering van de Raad van Ministers (RvM), dat het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (minOWC) werkt aan het verbeteren van de toegang tot onderwijs in afgelegen gebieden. Centraal in dit streven staat een project voor afstandsonderwijs, dat binnen drie maanden van start moet gaan in het binnenland.
Daarnaast maakte Brunswijk duidelijk dat de bestaande afspraken over het onderwijs in het binnenland nog steeds van kracht zijn. Hij gaf ook aan dat onderminister Geneviévre Jordan zich heeft aangesloten bij het lopende onderwijsproces, wat volgens hem een belangrijke stap is in de voortgang van het project.
Voorbereidingen verkiezingenIn hetzelfde gesprek gaf Brunswijk aan dat de voorbereidingen voor de komende verkiezingen al in volle gang zijn. Hij benadrukte dat de structuren binnen de Algemene Bevrijdings- en Ontwikkelingspartij (ABOP) inmiddels goed op orde zijn, zodat er effectief kan worden gereageerd op zowel de positieve punten als de verbeterpunten van de partij.
Hoewel Brunswijk duidelijk maakt dat zijn betrokkenheid bij de gemeenschap geen verkiezingsstunt is, maakt hij ook duidelijk dat hij altijd persoonlijk de handen uit de mouwen steekt. Hij noemde het voorbeeld van zijn recente hulpacties in ondergelopen gebieden, die hij deed uit oprechte zorg voor de bevolking, en niet om stemmen te winnen.
Verder verklaarde Brunswijk dat hij tijdens de covid-19-pandemie persoonlijk in contact kwam met burgers, wat hem zelf besmette met het virus. Dit illustreerde, volgens hem, zijn bereidheid om alles te doen voor de gemeenschap, zelfs onder moeilijke omstandigheden.
Als laatste geeft Brunswijk aan dat de ABOP binnenkort haar verkiezingsprogramma zal presenteren, waarin de prestaties van de partij in de afgelopen jaren worden uitgelicht. Ondanks dat de ABOP de verkiezingen zelfstandig wil ingaan, is er ruimte voor samenwerking met andere partijen die de gezamenlijke strijd willen aangaan, al blijft de partij nadrukkelijk onafhankelijk.