Olie Oorlog vermomd als drugsbestrijding

Guyana en Trinidad kiezen kant, Suriname blijft opvallend stil

De massale inzet van de Amerikaanse marine voor de kust van Venezuela wordt officieel verkocht als een operatie tegen drugskartels. Maar in de regio klinkt een ander woord steeds luider: olie.

Guyana: bezorgd maar strategisch

Guyana, dat zijn olie-industrie in razend tempo ziet groeien, schaart zich openlijk achter Washington. Het land waarschuwt voor “instabiliteit” langs de grens en steunt internationale acties tegen smokkel en kartelgeweld.

Achter de ferme taal gaat een duidelijke zorg schuil: bescherming van de miljardeninvesteringen in de offshore-platforms van ExxonMobil en andere oliegiganten.

Trinidad & Tobago: bondgenoot van de VS

Trinidad gaat een stap verder. Premier Persad-Bissessar heeft het Amerikaanse leger toestemming gegeven om gebruik te maken van Trinidadiaans grondgebied. Officieel om de “strijd tegen drugs te intensiveren”.

Critici noemen dit een geopolitieke zet: een trouwe knipoog naar Washington, midden in een strijd om invloed en energie in de Cariben.

Suriname: muisstil aan de zijlijn

Opvallend is de stilte in Paramaribo. Terwijl de buren zich luid positioneren, komt er geen enkele verklaring van de Surinaamse regering.

Analisten vermoeden dat Suriname zijn diplomatieke relatie met Maduro niet op het spel wil zetten. Ook speelt mee dat Paramaribo in stilte werkt aan zijn eigen olie- en gasprojecten voor de kust, en geen Amerikaanse of Venezolaanse toorn wil wekken.

Maskerade van olie en macht

De officiële vlag van een “drugsoperatie” lijkt vooral een rookgordijn. Volgens kenners draait dit om olie, geopolitieke invloed en regionale machtsblokken.

“Dit is geen antidrugsoperatie, dit is een olieoorlog in vermomming”, zegt geopolitiek analist dr. Miguel Herrera.

“Trinidad positioneert zich als trouwe partner van Washington, Guyana als nerveuze buur”, stelt energie-expert Carla James.

“Een muisstille Suriname dreigt zichzelf buitenspel te zetten in een spel waar de kaarten nu worden gedeeld”, waarschuwt politicoloog Ravi Persad.