Nieuwe regering verdeeld over besteding oliegeld

door

De nieuwe regeringscoalitie van Suriname dreigt verdeeld te raken over het beheer van toekomstige olie-inkomsten. Dat voorspelt een internationaal risicorapport dat werd ingezien door OilNOW.gy. De analyse volgt op de verkiezing van Jennifer Geerlings-Simons tot president op 16 juli jongstleden.
Volgens het rapport zijn “meningsverschillen over het beheer van toekomstige olierijkdom waarschijnlijk”. De Nationale Democratische Partij (NDP), geleid door Geerlings-Simons, zou geneigd zijn om olie-inkomsten aan te wenden voor lopende overheidsuitgaven en investeringen in haar traditionele achterban.
De NDP heeft historisch gepleit voor een door de staat geleide economische groei. Tijdens haar verkiezingscampagne verklaarde Geerlings-Simons bovendien dat zij, indien gekozen, strengere lokale content-regels voor oliebedrijven zou invoeren.
Maar deze benadering botst mogelijk met de visie van coalitiepartner Gregory Rusland van de Nationale Partij Suriname (NPS), die is aangesteld als vicepresident. De NPS is al jarenlang voorstander van de oprichting van een soeverein fonds om een deel van de olie-inkomsten te reserveren. Dat fonds zou Suriname moeten beschermen tegen prijsschommelingen op de oliemarkt en bijdragen aan langetermijnstabiliteit.
Gezien het ontbreken van een duidelijke meerderheid in De Nationale Assemblee en de kwetsbaarheid van de coalitie, is volgens het rapport de ruimte van de NDP om het energiebeleid te bepalen, beperkt.
“De uiteindelijke benoemingen van de ministers van Financiën en Natuurlijke Hulpbronnen zullen aangeven, welke beleidslijn binnen de regering de overhand krijgt”, aldus het rapport.
Verwacht wordt dat de productie van olie uit Surinames offshore projecten in 2028 van start zal gaan. Het risicorapport waarschuwt dat als de regering nu al de begrotingsdiscipline versoepelt, nog vóór de eerste oliedollars binnenstromen, dat kan leiden tot hernieuwde liquiditeitsproblemen en schuldenstress.
Het eerste offshore ontwikkelingsproject van Suriname is GranMorgu, geleid door het Franse TotalEnergies. De totale voortgang van het project ligt rond de 20 procent, met de bouw van het drijvend productie-, opslag- en lossingsplatform (FPSO) op ongeveer 40 procent.
De basis van het FPSO wordt gevormd door SBM Offshore’s Fast4Ward-hull, het multipurpose-floater C (MPF C), die in juni 2023 werd gereserveerd en in februari 2025 werd geleverd. De romp is gebouwd door China Merchants Heavy Industry (CMHI), terwijl de topside-modules worden gebouwd door BOMESC Offshore Engineering Company Limited en STS VOF. COSCO Shipping Heavy Industries levert aanvullende ondersteuning bij de constructie.
The post Nieuwe regering verdeeld over besteding oliegeld ..