Nederland trekt boetekleed aan: ‘Luchtdroppings zijn geen humanitair beleid’

Nederland heeft besloten om medische noodpakketten boven Gaza te droppen nu de humanitaire situatie verder verslechtert. Volgens het kabinet is dit een noodzakelijke stap, nu hulp op andere manieren nauwelijks binnenkomt. 

Maar volgens mensenrechtenactiviste Amina El-Masri is deze actie “te laat, te mager en vooral hypocriet”.

“Elke hulp is welkom,” zegt El-Masri, “maar laten we duidelijk zijn: dit is geen daad van heldhaftigheid, maar een poging tot morele compensatie voor jarenlang wegkijken.” 

Ze wijst erop dat Nederland, onder zowel voormalig premier Rutte als het huidige demissionaire kabinet, structureel tegen VN-resoluties heeft gestemd waarin werd opgeroepen tot een onmiddellijk staakt-het-vuren in Gaza. “Daardoor is Nederland medeverantwoordelijk voor het geweld dat inmiddels aan meer dan 55.000 Palestijnen het leven heeft gekost.”

Volgens de activiste komt de luchtdropping neer op een symbolisch gebaar dat de echte verantwoordelijkheid ontwijkt. “Het is vernederend: in plaats van voedsel en medicijnen via veilige corridors te leveren, gooi je ze uit vliegtuigen alsof het om een rampgebied zonder bestuur of beschaving gaat. Het lijkt alsof je dieren voert, niet mensen in nood.”

El-Masri stelt dat als Nederland werkelijk een verschil wil maken, het de Israëlische regering moet aanspreken op haar blokkadepolitiek. “Eis open grensovergangen. Eis toegang voor hulporganisaties. En eis een onmiddellijk staakt-het-vuren, ditmaal niet met woorden, maar met daden en sancties.”

Voor nu blijft de paradox schrijnend: Nederland gooit hulp uit de lucht, terwijl het jarenlang de politieke hemel gesloten hield voor Palestijnse overlevingskansen.