NDP-parlementariërs: “Het volk zal Bouterse de eer geven”

door

De zestien parlementariërs van de NDP lijken niet onder de indruk van het besluit van president Chan Santokhi om voormalig president Desi Bouterse geen uitvaart met staatseer te geven. Volgens hen is dat besluit irrelevant, omdat “het volk Bouterse de eer zal geven die hij verdient.”
Ebu Jones verklaarde dat Bouterse een echte volksleider was en een enorme eer van de samenleving zal ontvangen. “De regering zal zien wat een volksbegrafenis werkelijk inhoudt. De eer van een toevallige regering is daarbij niet nodig,” aldus de politicus uit Nickerie.
In een gesprek met TBN Prime Alert gaf Jones aan zich te verbazen over het feit dat president Santokhi ervoor kiest om Bouterse’s echtgenote telefonisch te benaderen in plaats van haar persoonlijk te bezoeken om zijn medeleven te betuigen. “Ze begrijpen het protocol niet,” voegde hij eraan toe.
Hij benadrukte dat niemand Bouterse kan kleineren, gezien alles wat hij voor Suriname heeft betekend. Bovendien had het volgens Jones getuigd van respect als de regering eerst met de familie had overlegd voordat er publieke uitspraken werden gedaan.
Melvin Bouva sloot zich daarbij aan en zei dat hij had verwacht dat de huidige president meer staatsmanschap zou tonen. “Bouterse heeft altijd gewerkt voor het volk en niemand anders. Daarom verwacht ik dat het volk hem met de nodige eer naar zijn laatste rustplaats zal brengen,” aldus Bouva.
An Sadi gaf aan dat Bouterse een nalatenschap achterlaat die de NDP en zijn achterban verplicht zijn voort te zetten. Volgens haar was het Bouterse’s diepste wens om veranderingen teweeg te brengen in de situatie van het land. Ze benadrukte dat Bouterse, ondanks het besluit van de regering, tot tweemaal toe door het volk werd gekozen om Suriname te leiden. “Ik maak me geen zorgen over de beslissing van de regering. Het volk weet wat Bouterse heeft betekend en zal hem op gepaste wijze eren. Dat eerbetoon zal echt zijn, niet nep,” verklaarde ze.
Patrick Kensenhuis liet weten niet teleurgesteld te zijn in het besluit van de regering. “Ik weet zeker dat Bouterse zelf ook geen behoefte had aan een staatsbegrafenis,” aldus Kensenhuis.