Moeder doet aangifte: peuter seksueel misbruikt door huisgenoot

Een driejarige peuter is het slachtoffer geworden van ernstig seksueel misbruik in een woning waar kamers worden verhuurd. Haar moeder heeft aangifte gedaan bij de politie, waarbij zowel het slachtoffer als de 35-jarige verdachte aanwezig waren. De moeder verklaarde dat haar gezin, bestaande uit haar partner en twee jonge kinderen, ongeveer een maand in het pand woonde.
De man, die een andere kamer huurde, had tot de bewuste dag slechts oppervlakkig contact met het gezin. De moeder was alleen met het kind thuis toen het misbruik plaatsvond. Nadat ze haar dochter had verzorgd en zelf een bad had genomen, was haar dochter verdwenen uit de kamer.
Een korte zoektocht leidde haar naar voetstappen in de gang. Toen ze naar het kind vroeg, loog de verdachte dat hij haar niet had gezien en suggereerde dat ze in haar eigen kamer was. Echter, kwam de peuter op dat moment uit zijn kamer met snoepjes.
Toen haar moeder vroeg wat ze in de kamer van de man deed, onthulde het meisje dat hij haar snoepjes had gegeven en haar vagina had gelikt. De moeder zag dat haar dochters broekje binnenstebuiten zat, wat haar vermoedens van een ernstig incident bevestigde. Terwijl ze de verdachte hiermee confronteerde, vluchtte hij met een tas kleding de straat op. De moeder alarmeerde haar partner en ging met de verdachte naar het politiebureau.
Bij de politie verklaarde het kind, in het bijzijn van haar moeder, dat de man haar vagina had gelikt en haar met zijn vingers had betast. Toen de moeder de peuter hielp met naar het toilet gaan, ontdekte ze dat haar dochter geen ondergoed droeg, terwijl ze haar dit eerder wel had aangedaan. Het kind overhandigde de politie een zakje snoepjes dat ze van de verdachte had gekregen.
Hij werd gearresteerd en bekende tijdens zijn verhoor dat hij het kind naar zijn kamer had gelokt, haar broek had uitgetrokken en haar vagina had gelikt. Hij beweerde de strafbaarheid van zijn daden niet te begrijpen en toonde spijt. Een huiszoeking in zijn kamer leidde tot de vondst van een roze onderbroekje van de peuter onder een kussen, dat in beslag werd genomen.
Tijdens de rechtszitting verklaarde de verdachte dat hij nooit eerder seksueel contact had gehad en niet wist wat hem overkomen was. Hij betuigde spijt en vroeg om een laatste kans, waarbij hij aangaf geen bezoek van familie te ontvangen.
De kantonrechter veroordeelde de man tot een gevangenisstraf van twee jaar met aftrek van voorarrest en verklaarde de snoepzakjes en het roze onderbroekje verbeurd.