Minister Ori schetst beeld van misstanden bij schooltransport

door

Inefficiënties en misstanden bij schooltransport worden onderzocht. Zo liet minister Henry Ori van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur vrijdag in het parlement doorschemeren. Hij ging in op vragen rond het schoolvervoer. “We hebben een aantal maatregelen genomen en diverse zaken aangetroffen die niet in orde zijn”, aldus Ori.
De kosten voor schoolvervoer per bus en boot bedragen jaarlijks aanzienlijke bedragen, maar de manier waarop de routes zijn opgezet, roept volgens de minister vragen op. “We hebben bijna 980 trajecten ontdekt. Bij analyse zie je dat bushouders meerdere trajecten beheren, maar deze niet rationeel zijn gekozen. Mensen krijgen trajecten op basis van voorkeuren, maar vaak kunnen ze deze niet uitvoeren omdat ze de bussen niet hebben. Wat gebeurt er dan? De hoofdaannemer verkoopt de opdrachten door aan anderen.”
Minister Ori maakte duidelijk dat dit voortaan niet meer wordt geaccepteerd. “Als u een traject krijgt, moet u als bushouder het zelf kunnen uitvoeren. Er zijn nu contracten ontwikkeld met duidelijke rechten en plichten.” Bij een steekproef bleek volgens de bewindsman dat veel autobussen geen geldige papieren hebben of niet zijn gekeurd. “Soms ontbreken de papieren, of de bussen bestaan niet meer. Sommigen hebben dit gecorrigeerd, anderen zijn bezig met de keuring.”
De minister benadrukte dat de steekproef slechts een klein deel betreft en dat het ministerie bezig is met het herzien van alle trajecten. Ori legde ook uit dat er meer trajecten zijn bijgekomen vanwege nieuwe scholen en projecten in de districten. Dit brengt het totaal aantal routes bijna op 1100. Een bijkomend probleem is de verouderde bus park van het ministerie. “Ze zijn al 40 jaar oud, milieuvervuilend en niet geschikt voor onze wegen”, zei minister Ori.
De grote bussen kunnen in sommige woongebieden de kinderen niet ophalen, wat betekent dat ouders en kinderen lange stukken moeten lopen. “Misschien moeten we bepaalde kwaliteitseisen stellen en bushouders de kans geven om hun bussen te vernieuwen”, suggereerde Ori. Hij wees erop dat bedrijven zoals Staatsolie en goudbedrijven strenge regels hanteren voor transport. “Waarom zouden we dat niet doen voor onze kinderen?”
Het schoolvervoer per boot kampt met vergelijkbare problemen. “We betalen elke maand enorme bedragen. Wat blijkt? Op een bepaald moment zijn de tarieven verhoogd zonder dat er controle is of men de routes echt vaart”, sprak de minister. In sommige gevallen declareren mensen vijfmaal het bedrag dat nodig is voor een simpele oversteek. Ori stelde voor om meer controle uit te oefenen, bijvoorbeeld door het gebruik van GPS.
Er wordt ook gewerkt aan het verbeteren van de buskaartuitgifte. Ori zei dat het voor hem niet hoeft dat mensen elke keer uit de verre districten naar de stad komen voor een buskaart. Hij hoopt samen met de commissariaten oplossingen te vinden die beter aansluiten bij de behoeften van de samenleving.