Op het symposium over zeventig jaar statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden, vijftig jaar onafhankelijkheid van Suriname en het nieuwe Burgerlijk Wetboek van Suriname, dat op 1 mei in werking treedt, zijn vanuit Surinaamse zijde zeer kritische opmerkingen gemaakt over de historische relatie tussen Suriname en Nederland. Met name president Chandrikapersad Santokhi en minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking plaatsten kritische aandachtspunten die later op de dag in de reflectie werden meegenomen.
Tekst en beeld Wilfred Leeuwin
“Dit symposium is niet alleen een moment van terugblik, maar vooral een kans om samen na te denken welke lessen wij kunnen meenemen uit het verleden, om te bouwen aan een rechtvaardige, maar bovenal florerende samenleving”, zei DNA-voorzitter Marinus Bee. Hij noemde de invoering van het nieuwe Burgerlijk Wetboek op 1 mei een aanmerkelijke stap, die van belang is voor de verdere ontwikkeling van de rechtstaat Suriname.
“Nederlanders leren veel meer als ze buiten Nederland zijn”Professor Viola Heutger
Santokhi vond dat bij het statuut belangrijke aandachtspunten van belang zijn. Eén van de grondslagen daarvan is geweest dat Suriname, Nederland en de Nederlandse Antillen hulp en bijstand aan elkaar zouden verlenen. “Staat u mij toe de historici uit te dagen dit aspect onder de loep te nemen en na te gaan in hoeverre deze grondslag ook werkelijk werd nageleefd.”
De president wees erop dat het statuut een compromis is geweest voor integratie binnen het Nederlandse staatsbestel, de overzeese rijksdelen en een zekere mate van autonomie. Suriname heeft bij de totstandkoming daarbij een belangrijke rol gespeeld. “Het is door indringend onderhandelen van Surinaamse zijde dat het principe van zelfbeschikkingsrecht in de preambule is opgenomen, met de aantekening dat het recht van afscheiding niet was inbegrepen.”
Fouten van toen niet herhalen
Het staatshoofd zei dat het statuut ook een positieve invloed heeft gehad. Zo bood het de mogelijkheid ervaring op te doen voor zelfbestuur en het ontwikkelen van een eigen politieke identiteit die nodig was als voorbereiding op de onafhankelijkheid. “Met de wijsheid van nu kunnen we concluderen dat we de voorbereiding tot die onafhankelijkheid onvoldoende hebben ingevuld. We mogen de fouten van toen niet herhalen, nu we op de drempel staan van grote olie- en gas ontwikkelingen.”
Er moet volgens het staatshoofd lering worden getrokken uit de periode vóór en na de onafhankelijkheidsverklaring van Suriname. “De politieke patstelling die ontstond in het parlement aan de vooravond van de datum van de onafhankelijkheid en obstructie in het politieke speelveld kunnen we ons niet meer veroorloven. Het belang van onze burgers moet voorop gesteld worden.” Santokhi riep dan ook op de focus te leggen op samenwerking en verbinding in het belang van goede welvaart voor eenieder in de samenleving.
Grensgeschil
Deze lijn van de president volgend zei Ramdin dat op het symposium niet alleen de juridische aspecten en constructie van belang zijn, maar dat er ruimte moet zijn voor kritische vragen die te maken hebben met de sociale politieke realiteit. Het zijn niet alleen juristen, maar ook politici en beleidsmakers die volgens hem, op basis van andere invalshoeken inhoud hebben gegeven aan de relatie. “We moeten gewoon eerlijk met elkaar zijn en die ruimte moet er zijn. Wij weten allemaal dat Suriname in de afgelopen eeuwen een bijzonder en ingrijpend verleden heeft gekend en nog steeds doormaakt. De uitwerking van dat verleden is nog steeds zichtbaar, soms positief, soms negatief en dat moeten we ook goed analyseren en de samenleving opbouwen.”
Concreet noemde Ramdin het grensdispuut tussen Suriname en Guyana en wierp de vraag op in hoeverre daar in de relatie mee goed is omgegaan en wat de plaats van Nederland zou moeten zijn geweest als kolonisator. De bestuurlijke relatie van toen moet daarbij niet uit het oog worden verloren.
Ook de totstandkoming van het nieuwe Burgerlijk Wetboek is een gevolg van de relatie tussen Suriname en Nederland, hoewel hij benadrukte dat het wetboek, zoals het nu is aangenomen door het parlement, geen Nederlandse maar een Surinaamse productie is.
Boeiend en leerrijk
Niet alleen voor de Nederlandse, veelal juridische hoogleraren van de universiteiten, maar ook voor de Surinamers die aanwezig waren was de presentatie van historicus, docent en onderminister Maurits Hassankhan zeer boeiend en leerrijk. “Nederlanders leren veel meer als ze buiten Nederland zijn. Vandaag heb ik heel veel geleerd wat ik helemaal niet wist”, zei professor Viola Heutger, die de dagvoorzitter van het symposium was.
Hassankhan gaf een historisch overzicht met nieuwe wetenschappelijke feiten over de aanloop naar de onafhankelijkheid, het statuut en het nieuwe Burgerlijk Wetboek. De feiten betroffen niet slechts de relatie tussen Suriname en Nederland, maar werden geplaatst in een internationale en geo-politieke context van sinds de Eerste Wereldoorlog.
Michael Milo, voorzitter van de Nederlandse Vereniging …
- Stroomtarieven niet verhoogd, meldt EBS..
- Gasboot is verlaat..
- Derde opeenvolgende DNA-vergadering afgeblazen vanwege quor…..
- Nizam Faisel Ali Khan Kallan..
- Ramsaran vs Landvreugd..
- Wilhelmien Helen de Freitas..
- Cursisten SAO versterken vakmanschap in erfgoedbehoud..
- Joan Nibte wil zich kandideren voor DNA..
- Staatsolie-directeur: “Brandstofleveringen naar het binnenl…..
- Inter Moengo Tapoe verliest met 3-1 van SV Notch..
- Tooy leidt SV Transvaal naar zege op SV Broki..
- Ravaksur stuurt brief naar regering over stroomtariefverhog…..
- Olieprijs stijgt door zorgen over aanbod..
- USD 20 miljoen uit Saudi Fund for Development voor elektric…..
- Kansloze partijtjes roeren zich..
- Verkiezingen mei 2025: Gewijzigd kiesstelsel, veranderde pr…..
- Kritische reflectie bij symposium ‘Statuut, onafhankelijkhe…..
- Overeenkomst van US$ 20 miljoen met SFD voor verbetering el…..
- Suriname ondergaat eerste evaluatie van implementatie VN-ve…..
- Minister Sewdien: “Suriname zet grote stappen in export van…..
- Regering stimuleert woningbezit: 7% lening aangepast..