Jones moet ‘sorry’ zeggen tegen Gajadien

door

Assembleelid Ebu Jones (NDP) zal zijn verontschuldiging moeten aanbieden aan zijn collega Asis Gajadien (VHP). Het Hof van Justitie (HvJ) heeft het vonnis van kantonrechter Eric Rudge vrijdag vernietigd. Op 7 oktober vorig jaar heeft Jones tijdens een schorsing uitspraken gedaan die bij Gajadien als laster is bestempeld. Hij riep toen “a man e teki moni fu Suribet”.  De vergadering was geschorst omdat Jones de vergaderzaal uit moest van de leiding van De Nationale Assemblee. Hij weigerde de zaal te verlaten en deed diverse uitspraken die zijn gefilmd door zijn fractie en op sociale media gepubliceerd.In het vonnis op 21 november 2024 kwam Rudge tot het oordeel dat Jones als Assembleelid over zodanige onbegrensde immuniteit bezit, dat hij de uitspraken tegen Gajadien niet hoefde te rectificeren. In de vordering tot rectificatie die Gajadien in eerste aanleg in het derde Kanton instelde, besliste kantonrechter Rudge dat het beroep van Jones op artikel 88 van de Grondwet van de Republiek Suriname slaagt. Dit artikel stelt: “De voorzitter, de leden van De Nationale Assemblee, de regering en de deskundigen als bedoeld in artikel 85 lid 2, zijn niet strafrechtelijk vervolgbaar voor hetgeen zij in de vergadering hebben gezegd, of aan haar schriftelijk hebben overgelegd, tenzij zij daarmee openbaar maken wat in een besloten vergadering of onder geheimhouding is gezegd of overgelegd”.   Op grond hiervan hoefde Jones alle uitspraken waarmee hij de goede naam, eer en reputatie van Gajadien heeft geschaad, volgens de kantonrechter niet te rectificeren, omdat Jones immuniteit zou genieten. De raadsman van Gajadien, Shiraz Boedhoe, was echter van oordeel dat het vonnis gewezen in eerste aanleg apert onjuist was en dat de kantonrechter ten onrechte het beroep van Jones op artikel 88 van de Grondwet heeft gehonoreerd. De advocaat stelde dat de gewraakte uitspraken van Jones geen onschendbaarheid genieten, aangezien er sprake is van civielrechtelijke aansprakelijkheid. Voorts betoogde de advocaat dat de uitspraken niet gedaan zijn tijdens een Assembleevergadering, maar nadat Jones uit de zaal moest. Dus is er geen sprake van immuniteit. De vergadering was ook geschorst.  Gajadien is in hoger beroep gegaan tegen het vonnis en heeft vijf grieven aangevoerd. Het HvJ achtte deze grieven gegrond en heeft het vonnis van 21 november 2024 vernietigd en opnieuw recht doende beslist, dat Jones binnen twee werkdagen na betekening van het vonnis aan hem, de gewraakte uitspraken dient te rectificeren. Jones moet verklaren, dat alle uitspraken die hij heeft gedaan over betrokkenheid van Gajadien bij Suribet niet waar en onterechte beschuldigingen zijn, waarmee de integriteit, de goede naam en eer van Gajadien zijn geschaad.    “Het recht heeft gezegevierd”, zegt Gajadien aan Go Suriname. Hij was vanaf het begin ervan overtuigd dat het vonnis van rechter Rudge onjuist was, want Jones kon geen beroep doen op zijn immuniteit. “Immers, de vergadering was geschorst en de hulp van de politie was ingeroepen om het Assembleelid uit de zaal te verwijderen. Bovendien heeft Jones in uitspraken in de media de beschuldigingen herhaald”. Gajadien verwacht dat Jones zich publiekelijk zal verontschuldigen zoals in het vonnis van het HvJ is bepaald.