In strafzaak brandstichting Vaco: Veroordeelde bezwaart vermoedelijk andere verdachten

door

door Valerie Fris

PARAMARIBO — N. Jethu, die eerder dit jaar is veroordeeld voor tien jaar celstraf voor zijn bijdrage in de brandstichting in het gebouw waar boekhandel Vaco aan de Domineestraat was gevestigd, heeft volgens advocaat Murwin Dubois andere verdachten bezwaard. Jethu, die vóór zijn veroordeling is ontvlucht, verklaarde dat na zijn wederaanhouding de politie hem onder druk een verklaring heeft laten tekenen.ADVERTISEMENT

De veroordeelde man gaf de naam van S.H. door aan de politie, evenals de naam van de artiest Kiev en een andere persoon S. De laatste twee personen zijn al in vrijheid gesteld en hoefden zich niet te verantwoorden voor de rechter. Dubois, de raadsman van S.H., vindt dat zijn cliënt onterecht nog wordt aangehouden.

Camerabeelden

Tijdens een eerdere zitting heeft de rechter de camerabeelden bekeken waarop te zien is dat twee mannen met een Mark 2 de Keizerstraat ingaan en vervolgens uitstappen en via de Steenbakkerijstraat lopen naar de Domineestraat met een doos in hun hand. Uit onderzoek van de politie kwam aan het licht dat het voertuig van Jethu was.

Op de camerabeelden is S.H. niet herkenbaar, omdat beide mannen een capuchon droegen die ook een deel van hun gezicht bedekte. Volgens onderzoek van de politie zouden Jethu en S.H. telefonisch met elkaar in contact hebben gestaan, kort na de brandstichting.

Dubois tijdens zijn dupliek: “De vervolging van S.H. vloeit slechts voort uit de verklaringen van Jethu en die verklaringen vormen de enige bron”. Jethu zou bijvoorbeeld ook hebben verklaard dat de kledingstukken die de mannen aanhadden ten tijde van de brandstichting door S.H. en Kiev zouden zijn opgehaald thuis bij hem.

Deze verklaring komt van een anonieme bron, die deze informatie van haar grootmoeder had vernomen. “Er is een discrepantie in de verklaringen van de anonieme getuige. Dit kan geen bewijs zijn, want het staat niet vast dat er inderdaad kledingstukken zijn opgehaald”, pleitte Dubois.

Telefonisch contact

Ook de bewering van het Openbaar Ministerie dat Jethu die vroege ochtend van de brand telefonisch contact had met S.H. weerlegde de advocaat. Het forensische onderzoek van de politie wees uit dat er via de mast van de Hakrinbank contact was tussen de mobiele telefoon van Jethu en S.H. “Maar dat is geen bewijs mevrouw de kantonrechter dat er daadwerkelijk een verbinding tot stand is gekomen en als dat toch is gebeurd, dan is ook de inhoud van het gesprek niet bewezen”, aldus Dubois.

De raadsman wees erop dat Jethu bij de behandeling van zijn zaak in hoger beroep, bij een confrontatie met S.H., aangaf dat hij zowel S.H. als Kiev en S. had bezwaard. “Het is dan ook heel opmerkelijk dat de vervolging ten aanzien van Kiev en S. de geloofwaardigheid van een onnodige bezwarende wel aanneemt, omdat deze mannen reeds op vrije voeten zijn, maar ten aanzien van S.H. dan staat de geloofwaardigheid van Jethu wel recht overeind”, pleitte de raadsman.

Kantonrechter Maytrie Kuldip Singh gaf aan de tijd te nemen om haar beraadslaging te doen. De zaak wordt op 7 augustus voortgezet.