‘Het ligt niet per se aan de leerlingen maar aan het onderwijssysteem’

Tekst en beeld Valerie Fris

PARAMARIBO — Dat slechts 38 procent van de VOJ-examenkandidaten van de WSR Ritfeldschool direct is geslaagd ligt volgens directeur Karin Bell niet per se aan de leerlingen, maar eerder aan het onderwijssysteem. Dinsdag was op de verschillende VOJ-scholen uitslag.

De directeur houdt de Ware Tijd voor dat het landelijke resultaat slecht is te noemen en een weerspiegeling is van de slechte resultaten op middelbaar niveau. Op haar school waren er van de 49 examenkandidaten slechts negentien direct geslaagd, zeven hebben herexamen en 23 zijn afgewezen.

“De leerstof verschilt en repetities zijn ook anders opgesteld, maar op het examen hebben beide richtingen hetzelfde werk gekregen. Welke resultaten verwacht je dan?”Directeur Karin Bell

Indien de herexamenkandidaten alsnog slagen, dan komt het slagingspercentage net iets boven 50 procent. “Het is nog nooit zo slecht geweest in de veertien jaar dat ik verbonden ben aan deze school”, geeft Bell aan. Van de A-richting zijn vier van de dertien leerlingen geslaagd, van de C-richting twee van de tien en van de B-richting dertien van de 26. 

Leerstof

De directeur vertelt dat de leerstof die de leerlingen hebben gehad ook veel meer was dan voorheen, maar dat ook afspraken tussen het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (OWC) en de scholen niet zijn nagekomen. Ze noemt als voorbeeld dat de leerlingen van de A- en C-richting niet hetzelfde aantal uren aan wiskunde hebben gehad. “De leerstof verschilt en repetities zijn ook anders opgesteld, maar op het examen hebben beide richtingen hetzelfde werk gekregen. Welke resultaten verwacht je dan?” werpt ze retorisch op.

Bell vindt het erg jammer dat de kinderen de dupe worden van het systeem dat niet goed is afgestemd op de werkelijkheid. “De kinderen of de scholen krijgen dan de schuld, maar het was gewoon ongeordend dit jaar”, beklaagt de directeur zich.

Normering

Ook over de normering is Bell kritisch. “Er was aan ons doorgegeven dat wij met een nieuwe overgangsnorm moesten werken, maar uiteindelijk heeft het ministerie niet meer daarmee gewerkt en is zonder ons medeweten op een oud systeem overgestapt.”

De directeur zegt dat verschillende directeuren hun misnoegen hebben geuit over de gang van zaken. Tot maandag is er nog contact opgenomen met het ministerie om te weten welke normering zou worden gebruikt. “We hebben geen antwoord gekregen op onze vraag, totdat wij dinsdagmorgen hebben gezien dat er een andere normering is gebruikt”, zegt ze gebelgd. Omdat de uitslag dinsdagochtend was, konden directeuren niet bij elkaar komen om een standpunt in te nemen.

De Ware Tijd heeft contact opgenomen met functionarissen van OWC voor een reactie om onder meer de normering en om de landelijke resultaten, maar de redactie heeft geen reactie daarop gehad.