Frans regiment creëert kansen voor jongeren

door

‘Als ik een jaar langer op straat was gebleven zou ik doodgaan’

Tekst en beeld Euritha Tjan A WayADVERTISEMENT

PARAMARIBO — “We hebben geen olie en gas om naar uit te kijken, maar we investeren wel in menselijk kapitaal”, klonk ambassadeur Nicolas De Lacoste quasi grappend bij de open presentatie over het Adaptive Military Service Regiment (met als Frans acroniem RSMA). Het is een systeem waarmee getracht wordt jongeren die probleemgedrag vertonen te helpen om te integreren in de samenleving. De defensie attache van Frankrijk, luitenant-kolonel Jean-Marc Moulin vervolgde met een suggestie: “En aangezien het werkt, waarom niet proberen in Suriname.”

De bedoeling van het regiment is om jongeren een kans te geven door een proces waar militaire discipline gecombineerd wordt met het aanleren van de juiste attitude en kennis. Daardoor worden jongeren de kennis en attitude geleerd om als waardevolle burgers te kunnen functioneren in de samenleving. Volgens Leutenant – Kolonel Christian Dubois is het systeem meer dan succesvol. “Wanneer we de jongeren binnenhalen is tachtig procent van hen naar Franse begrippen analfabeet, Maar van de jongeren die het traject voltooien vindt zeker zeventig procent wel een baan”, zegt Dubois.

“Het systeem bestaat al langer dan zeventig jaar en heeft meer dan achthonderd jongeren geholpen om een beter persoon te worden”

Probleemgedrag

Het levende bewijs van het succes van het programma was donderdag ook aanwezig bij de presentatie in het gebouw van de Alliance Française aan de Letitia Vriesdelaan. Opgeklommen tot de rang van corporaal, belichaamt Devaux Hendricks het welslagen van dit programma.

“Ik hield wel van school hoor, maar ik woonde in een getto in Solange (St. Laurant du Maroni…red) waar je willen of niet, mee moet doen met de criminelen. Nadat ik mijn diploma haalde was ik meer dan een jaar lang op straat en raakte betrokken bij een criminele bende. Ik besloot daarom zelf om me aan te sluiten bij de RSMA. Ik weet zeker dat ik anders na een jaar dood zou zijn”, zegt Hendricks.

Hij gaf zich drie jaar terug vrijwillig op en besloot zijn bijdrage te blijven leveren aan het programma dat zijn leven redde. “Ik wil in het leger blijven. De discipline en de manier van opereren spreken me aan”, zegt de 25-jarige Hendricks. Hij is opgevoed door een Surinaamse moeder, maar zijn biologische vader is een Belg en zijn biologische moeder is een Frans-Guyanese vrouw.

Compleet vrijwillig

Dubois legt uit dat het een vrijwillige dienst is. “Jongeren tussen de 18 en 25 jaar mogen zich melden en dan gaan ze eerst door een screening. Ze krijgen de nodige begeleiding, leren een vak en zijn gemiddeld tussen de tien en achttien maanden in het programma. Het is compleet vrijwillig en ze kunnen stoppen zodra ze dat willen. Ook als ze voor die tijd een baan vinden mogen ze stoppen. Belangrijk is wel dat ze moeten laten zien dat ze een baan willen.”

Het RSMA begon in de oude vorm als een systeem om de overzeese gebieden van Frankrijk op te helpen bouwen na de Tweede Wereldoorlog. Alles ging heel snel in Frankrijk na de oorlog, terwijl de mensen in de overzeese gebieden te lijden hadden onder de crisis en jongeren die niets te doen hadden.

Het begon als een systeem om jongeren in te zetten om de gebieden letterlijk op te bouwen. Later werd het regiment een systeem om jongeren te helpen vormen. “Het systeem bestaat al langer dan zeventig jaar en heeft meer dan achthonderd jongeren geholpen om een beter persoon te worden”, aldus Dubois.

Franse burgers

Meedoen aan het systeem kunnen echter alleen jongeren met een Franse nationaliteit. “Je moet Frans zijn om het Franse uniform te kunnen dragen”, legt Dubois uit. De beroepen die de jongeren aanleren zijn vaak vaktechnisch van aard en hangen af van het instroomniveau. Jongeren die het programma doorlopen hebben ook recht op een gesubsidieerde baan en hebben dan geen bewijs van goed gedrag meer nodig. 

Sinds anderhalf jaar is het RSMA ook verbonden aan een stichting waarin grote bedrijven zoals TotalEnergies investeren. De bedrijven sponsoren het programma vanwege de fiscale voordelen en het vertrouwen in de vakkennis die bij RSMA opgedaan wordt en natuurlijk de potentie voor toekomstige arbeiders.